Typologie(ën)

opbrengsthuis
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

Ernest ACKERarchitect1911

Stijlen

Eclectisme
Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 31300
lees meer

Beschrijving

Appartementsgebouw in eclectische stijl met Beaux-Arts-elementen n.o.v. architect Ernest Acker, 1911.

Symmetrische gevel van zes bouwlagen waaronder tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. en vijf traveeën onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Twee winkelpanden, twee appartementen per verdieping en centraal trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht.. Wistenen gevel op hardstenen pui, met doorlopende schijnvoegen en centraal risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. ter hoogte van toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht.; neobarokNeobarok (ca 1860-1914): Historiserende architectuur die verwijst naar de barok (17e tot 18e eeuw) en die naar haar vormentaal teruggrijpt door middel van het gebruik van voluut- en klokgevels, kolossale pilasters, zware decoratie (bossage, zware omlijstingen, enz.). en neo-Lodewijk XVI-decor, zoals cartouchesOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd., guirlandes en stafwerkOrnament, bestaande uit een pijp-, riet- of koordvormige vulling van cannelures tot op een derde van hun hoogte.. Centrale ijzeren vleugeldeur onder
entablement en oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster.; aan weerszij winkelpuien met middeningang, metalen roeden, spiraallijst en I-balk met rozetten, onder getoogde venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. van tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen.. Eerste drie verdiepingen belijnd door balkons met balustradeHekwerk van spijlen of balusters. en een klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.. Afgeronde uitkragende centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. doorlopend  in de puilijst, en rechthoekige uitkragende tweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst. met ijzeren balkonbekroning in de zijtraveeën. Bovenste verdieping als attiekMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt. met tweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst. en ijzeren balkon. Dakkapellen met frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening., bijkomende vleugelstukken en vaas in het risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden..

Bronnen

Archieven
SAB/OW 2202 (1911).

Websites
BALat KIK-IRPA