Typologie(ën)

historische lift
opbrengsthuis

Ontwerper(s)

G. HUBRECHT1909

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30086
lees meer

Beschrijving

Huurhuis in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl, naar ontwerp van architect G. Hubrecht van 1909; perceel doorlopend  in Villa Hermosastraat nr. 6. Vijf bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder pseudomansardedak (leien). 

Lijstgevel van natuur- en hardsteen, opgebouwd uit horizontaal gemarkeerde registersVensterstrook in een topgevel. met gedifferentieerd decor voornamelijk ontleend aan de neorenaissanceArchitectuurstijl (ca. 1860-1914) die zich inspireert op de renaissance, een kunststroming ontstaan in het Italië van de 15e eeuw en die er o.m. op gericht was de bouwkunst van de Grieks-Romeinse oudheid te doen herleven. en de neoclassicistischeArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. architectuur. Privé-portaal en winkelpui met rondboogindeling en middendeur, tussen bewerkte postenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust. en entablement; verzorgd houtwerk. Gebosseerde eerste verdieping met steekboogopeningen, belijnd door een gevelbreed balkon met smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… leuning waarop vijf fraaie lantaarns1. Bovenste, opengewerkte bekroning van een dakkoepel of toren; schrijlings op nok van een dak gelegen wordt het dakruiter genoemd. - 2. Lichtbron met glazen ruiten.. Tweede en derde verdieping gemarkeerd door hoekrisalieten, en gevelbrede balkons met uitgelengde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en ijzeren leuning tussen respectievelijk gesloten borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en medaillonsRonde of ovale cartouche.; respectievelijk rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in geriemde omlijsting, en rondboogvensters, centraal als korfboogloggia, met pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en guirlandesGehouwen of gesneden slinger van bloemen, bladen of vruchten. Als festoen, vaak met linten en opgehangen aan strikken met neerhangende uiteinden. . Bovenste verdieping met pilasterindeling, rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en gevelbreed balkon met voluutconsoles en smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… leuning. Brede dakkappel met schouderstukken en driehoekig frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. boven de kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)., geflankeerd door kleinere. Bakstenen achterbouw met loggia’s aan een kleine binnenplaats in de Villa Hermosastraat.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 59 (1909).