Typologie(ën)

winkelgalerij
opbrengsthuis
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

J. DOSVELDarchitect1909

Charles PETEINarchitect1909

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Landschappelijk
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 31301
lees meer

Beschrijving

Voormalig warenhuis. Monumentaal hoekgebouw in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk. met Frans barokke en classicistische inslag, n.o.v. architecten J. Dosveld en Ch. Petein, 1909.

Dominant complex met beeldbepalende koepelBolvormig gewelf op cirkelvormige, elliptische, vierkante of veelhoekige basis., van vijf bouwlagen onder
pseudo-mansarde en respectievelijk negen, één brede hoek- en zeven traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...); structuur van gewapend beton inclusief de koepelBolvormig gewelf op cirkelvormige, elliptische, vierkante of veelhoekige basis.. Gevels met parementGevel- of muurbekleding. van Euvillesteen, nadrukkelijk geleed in drie horizontale registersVensterstrook in een topgevel., en bekroond door een aaneenschakeling van dakkapellen met omlopende balustradeHekwerk van spijlen of balusters.. Sokkelvormende benedenbouw met schijnvoegen, uitstralend boven de brede korfbogenBoog samengesteld uit een aantal ineenvloeiende cirkelbogen die samen nagenoeg een liggende ellips vormen. met sluitsteen van de tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen., in de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. met bewaarde metalen roeden; aangepaste benedenverdieping, oorspronkelijk met vitrines en centrale toegang, geblokte posten en puilijst op consoles. Twee hoofdverdiepingen geaccentueerd door kolossale Ionische zuilen, vanaf een doorlopende  borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., afgewerkt met architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden., friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). en kroonlijst met klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop.; oplopende drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere., bovenaan met ijzeren borstwering. Bovenste verdieping als attiekMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt. met zelfde ritme van geblokte pilasters. Geaccentueerde hoekpartij, volledig belijnd met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., uitgewerkt als een monumentale portiektravee met gebogen balkon met guirlande, bekronende ovale oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster. en rondbooglijst. Dito zijrisalieten met uitgelengde consoles en gebogen pseudo-fronton. Dakkapellen met sluitsteen en dito frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.; zware œil-de- bœufs met vuurvazen in de geaccentueerde partijen. Octogonale koepel als bekroning van de hoek, met entablementvensters in de trommel, geribt en met spiegels versierd koepeldakDak waarvan de buitenomtrek die van een koepel is., pseudo-lantaarn omringd door œil-de-bœufs, bewerkte spits en sfeer.
Winkelinterieur oorspronkelijk gedomineerd door de centrale bordestrap en twee liften; heden verbouwd.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 132-134 (1909).