Typologie(ën)
woning of opbrengsthuis (onbepaald)
Ontwerper(s)
Arthur NELISSEN – architect – 1906
Stijlen
Eclectisme
Inventaris(sen)
- Het monumentale erfgoed van België. Anderlecht-Kuregem (Archistory - 2017-2019)
Onderzoek en redactie
2019
id
Urban : 39828
Beschrijving
Huis in eclectische stijl met asymmetrische
compositie, n.o.v. architect Arthur Nélissen, 1906. In datzelfde jaar ontwierp
de architect eveneens het aanpalende huis (zie nr.117).
Bakstenen gevel met elementen in wit geschilderde bakstenen, met similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. en met hardsteen. Toegangstravee in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden., bekroond door een decoratieve rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. Hoofdtravee geflankeerd door kolossale pilasters die op het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. door een korfboogBoog samengesteld uit een aantal ineenvloeiende cirkelbogen die samen nagenoeg een liggende ellips vormen. worden verbonden. Deur met hardstenen omlijsting en rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft. onder een kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met dezelfde vorm, onderbroken door een aediculaVersieringsmotief, ontleend aan de klassieke bouwkunst, vormt samenstel van pijlers en een klassieke bekroning. met ruitvormig bloemmotief, en een frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Vensters onder I-balk en/of steekboogBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster.. Gietijzeren borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., gebuiktMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. en rond een balkon op de verdiepingen. Mansardedak van latere datum. Kroonlijst, dwarsregelEen dwarsregel deelt het kozijn van een deur of raam horizontaal op. en bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. van de deur bewaard.
Bakstenen gevel met elementen in wit geschilderde bakstenen, met similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. en met hardsteen. Toegangstravee in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden., bekroond door een decoratieve rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. Hoofdtravee geflankeerd door kolossale pilasters die op het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. door een korfboogBoog samengesteld uit een aantal ineenvloeiende cirkelbogen die samen nagenoeg een liggende ellips vormen. worden verbonden. Deur met hardstenen omlijsting en rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft. onder een kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met dezelfde vorm, onderbroken door een aediculaVersieringsmotief, ontleend aan de klassieke bouwkunst, vormt samenstel van pijlers en een klassieke bekroning. met ruitvormig bloemmotief, en een frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Vensters onder I-balk en/of steekboogBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster.. Gietijzeren borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., gebuiktMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. en rond een balkon op de verdiepingen. Mansardedak van latere datum. Kroonlijst, dwarsregelEen dwarsregel deelt het kozijn van een deur of raam horizontaal op. en bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. van de deur bewaard.
Bronnen
Archieven
GAA/DS 10764 (06.04.1906).
