Typologie(ën)

architectenwoning

Ontwerper(s)

Aug. HANSSENS1913

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neo-Vlaamse renaissance

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016-2017

id

Urban : 37680
lees meer

Beschrijving

Voormalige persoonlijke woning van architect Aug. Hanssens, in neo-Vlaamse renaissancestijl met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., gedateerd “1913” op de eerste verdieping. Dit huis werd bekroond in de gevelwedstrijd die de gemeente Laken voor de jaren 1913 tot 1915 organiseerde.

Bakstenen gevel met elementen in witsteen en hardsteen. Op de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel., gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de benedenverdieping, in de onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. vervangen door een garagepoort in 1947; de witte stenen op de rechterstijl van de toegang zijn gerecupereerd, met de signatuur van de architect. Op de verdieping, drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. achter een tweezijdig centraal balkon op lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker., geflankeerd door lisenenDecoratieve, uitspringende, verticale geleding, vaak met andere liseen verbonden door boog(fries). met een arcatuur waarop een trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. rust die ook met een drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. is opengewerktOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen.. Muuropeningen op de benedenverdieping onder boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. met archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog.. Deur met stijlenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust. tussen neggenAfwisselende opeenvolging van lange en korte zijden van natuurstenen hoekblokken of neggen (geprofileerd) in een bakstenen gevel. en bekroond door een vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met moneelStenen vensterstijl.. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de verdieping met tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt. en lateiBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt. onder een timpaanMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. versierd met een cartoucheOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd.. Daarop staan, op de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel., de opschriften “JAAR”, “WELKOM” en “1913”. DrielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. van de geveltop onder een timpaanMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. met waaiermotief. ToppilastersOverhoekse pilaster ter bekroning van gevel. met verdwenen
topstuk. Mascaronvormige sleutelsSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.. BalustradesHekwerk van spijlen of balusters. rond het balkon en op de borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. HoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met boogfriesReeks van kleine (decoratieve) bogen, vaak steunend op kraagstenen. en kartelrand. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen.


Bronnen

Archieven
SAB/IP II 684 (1903-1915).
SAB/OW Laken 3630 (1913), 58248 (1947).

Tijdschriften
Almanach du Commerce et de l’Industrie, “Émile Bockstael (boulevard)”, 1920.