Typologie(ën)

herenhuis

Ontwerper(s)

Édouard PELSENEERarchitect1908

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2014-2016

id

Urban : 36706
lees meer

Beschrijving

Opmerkelijk herenhuis in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk., n.o.v. architect Edouard Pelseneer, 1908.

Vormt het einde van een opmerkelijke huizenrij die begint op nr.63.

Imposante en originele opstand van drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de centrale breder. Gevel bekleed met witsteen en versierd met verdiepte schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., uitwaaierend boven de steekboogBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster. waarin de centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) is gevat. Rechthoekige of korfboogvormige muuropeningen.

Centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) inspringend op de verdiepingen: in de eerste twee bouwlagen, een reeks van drie muuropeningen: op de eerste verdieping, glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. achter een terras afgesloten door een ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.; op de tweede verdieping, centrale gebogen erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust..

Mansardedak verlicht door dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. en oeils-de-boeuf. Smeedijzeren inrijpoort bewaard.

Bronnen

Archieven
GAV/DS 4461 (1908), 7187 (1921), 19446 (1969), 23267 (2004).