Typologie(ën)

opbrengsthuis

Ontwerper(s)

Émile JANLETarchitect1878

Juridisch statuut

Beschermd sinds 28 april 1994

Stijlen

Eclectisme
Neobarok

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 32766
lees meer

Beschrijving

Huurhuis met dubbelhuisopstand, in eclectische stijl met neobarokke inslag, naar ontwerp van architect E. Janlet van 1878.

Drie bouwlagen + entresol en drie brede traveeën onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. Monumentale lijstgevel met hardstenen beneden- en natuurstenen bovenbouw; symmetrische opstand gemarkeerd door het middenrisaliet en hoekpilasters. Zwaar geblokte benedenbouw, met centraal rondboogportaal en flankerende korfbogige winkelpuien, drieledige sluitstenen en schijven in de zwikkenHoekstuk tussen een boog en de omlijsting waarin de boog gevat is., belijnd door een entablement; vernieuwd raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. en beglazing. Bovenverdieping met geblokt middenrisaliet, geaccentueerd door een balkon met zware consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief., pseudologgia en bekronend gebroken fronton; aan weerszijden oplopende drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere.. Op de beletage frontonsDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. met uitgelengde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief., gebogen met cartoucheOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd. in de midden- en driehoekig in de zijtravee, acanthusfries en gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Op de derde bouwlaag gecanneleerde Dorische halfzuilenZuil die met het muurwerk verbonden is, maar slechts over de halve dikte uitspringt. en pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., en bewerkte borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden., bewerkte casementen en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met tandlijst op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. DakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met vleugelstukken en gebroken frontonFronton waarvan het middendeel is doorbroken.. 

Bronnen

Archieven
SAB/OW 54945.
A. R., Fonds Janlet, nr. 43 b.