Typologie(ën)

woning of opbrengsthuis (onbepaald)

Ontwerper(s)

François MALFAITarchitect1929

Juridisch statuut

Beschermd sinds 20 september 2001

Stijlen

Neobarok

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30792
lees meer

Beschrijving

Voorheen gelegen in de Stoofstraat, gebouwd kort na het bombardement van 1695. Wederopgebouwd op huidige nr. 17 naar een ontwerp van architect François Malfait (1929).

Voorheen bredere voorgevel, zonder tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen., met links brede muurpenant op de verdieping. Heden schuin ingeplant diephuis met enkelhuisopstand, drie bouwlagen, de tweede als tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. Verankerde bakstenen gevel met verwerking van zandstenen en hardstenen elementen. Decoratieve platte bandversiering, met spiegelvorming op de borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., waarin huisnaam. Geaccentueerde centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) verhoogd met boogvormig dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. onder waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. en bekronend frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. met sierbol; bovenvenster onder boogfronton, opgenomen in het kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels.; getorsteGedraaid, gewrongen. balusterleuning. Voorts rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., vierkante op tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen.. Hardstenen barokke rondboogdeuromlijsting met imposten, sluitsteenSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf., waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. op volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer. en drielobbigVoorzien van het aantal lobben dat door het telwoord wordt aangegeven (vb. tweelobbig, drielobbig, …) bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. erboven. Zandstenen sokkelHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel..

Bronnen

Archieven
SAB/NPP, B 18.