Typologie(ën)

woning
werkplaats (ambachtelijk)
kantoorgebouw

Ontwerper(s)

Gaspard DEVALCKarchitect1899

Stijlen

Eclectisme
Art nouveau

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Brussel Uitbreiding Oost (Apeb - 2006-2009)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2006-2008

id

Urban : 17869
lees meer

Beschrijving

Dubbelhuis in eclectische stijl met art-nouveauelementen van drie bouwlagen n.o.v. arch. Gaspard Devalck, 1899.

Oorspronkelijk leidden ze naar een atelier in achterhuis.

Het geheel werd ontworpen voor timmerman-schrijnwerker en meubelmaker Pierre De Cuyper, die in het rechterhuis ging wonen. Het oorspronkelijke atelier met vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) bevond zich achter de nr. 15 tot 25. In 1906 ontwierp arch. Victor Janssens voor De Cuyper een huis in de Inquisitiestraat nr. 9 met achteraan een opslagplaats-atelier. Deze laatste werd verbonden met het atelier van nr. 19-21 en ook met het perceel in de Luhterstraat nr. 14-16, waar de schrijnwerker in 1907 een huis met koetspoort liet bouwen, eveneens n.o.v. Janssens. In 1969 ontwierp arch. Jean Van Dooselaere een kantoorgebouw ter vervanging van de nr. 19-21 en van de ateliers. Maar alleen laatstgenoemde werden vervangen. Dit complex is thans verbouwd tot woningen.

Nr. 19-21 oorspronkelijk met symmetrische gevel van zeven traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). In centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) koetspoort naar atelier achteraan. Aan weerszijden daarvan drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) die symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. vormden met centraal balkon. Achter de rechtergevel en boven de koetspoort bevond zich de eigen woning van De Cuyper. Na 1969 werd deze koetspoort en de toegangsdeur verbouwd tot brede toegangsportiek voor kantoorgebouw achteraan. Beide laterale venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. werden toegemetseld. Op de oorspronkelijke plannen is een erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. te zien op de centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...); de in valse baksteen gecementeerdeMet portlandcement bestrijken. muurvlakken naast de huidige glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. lijken dit te bevestigen. Niettemin werd blijkbaar de voorkeur gegeven aan een balkon.

Gevel in lichte baksteen, thans op benedenverdieping wit beschilderd, met hardstenen banden tussen smalle banden in rode baksteen. Elegante stenen elementen met art- nouveaulijnen: sokkel, lateien en kussenblokken1. Dekplaat dat ligt tussen de drager (kapiteel) en het gedragene (balk of boog); 2. Kwartronde kraagsteen van een venster- of deurboog.; tekening van ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw. van borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. karakteristiek voor arch. Lateien onder ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast.. Uitkragende trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. met twee smalle gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. dakvenstersUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is.; bekroond met korte toppilasterOverhoekse pilaster ter bekroning van gevel.. Op nr. 21 bewaarde deur onder impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. met glas-in-loodraam. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 9: 379 (1906); 19-21: 12615 (1899-1913), 83267 (1969); Lutherstraat 14-16: 1303 (1907).

Publicaties en studies
VANDENBREEDEN, J., VAN SANTVOORT, L., DE THAILLE, P., et al., Encyclopédie de l'Art nouveau. Tome premier. Le quartier Nord-Est à Bruxelles, CIDEP, Brussel, 1999, p. 66.