Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

J.-B. TIMMERMANSarchitect1909

Stijlen

Neo-Vlaamse renaissance

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Etterbeek (DMS-DML - 1994-1997)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 13149
lees meer

Beschrijving

Dubbelhuis met neo renaissance-elementen n.o.v. arch. J.B. TIMMERMANS, 1909, die tevens eigenaar was.

Twee bouwlagen + souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. en drie ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder gecombineerde bedaking (pannen). Herenhuis opgetrokken in rode baksteen en geaccentueerd door het gebruik van witte steen voor o.a. speklagen en neg- en hoekblokken. Zijtravee in licht risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden.. Begane grond op hoge blauwe hardstenen plint waarin getralied twee- of drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere.. Bredere rechter traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) uitlopend op een tuitgevelPuntgevel bekroond met smalle rechthoekige hals; bij zeventiende eeuwse voorbeelden vaak steunend op schouderstukken. met gebogen frontonbekroning en diverse obeliskenMonolithische pijler, naar boven toe smaller en bekroond met piramidale punt. waarin respectievelijk drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. met balustersVaasvormige spijl van een borstwering. op de borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Op de bel-étage drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. waarin deurvenster met rechthoekig balkon op imposante voluutconsoles en drie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. Links traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) uitlopend op een puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. met obeliskMonolithische pijler, naar boven toe smaller en bekroond met piramidale punt. waarin achtereenvolgens twee tweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst. met balustersVaasvormige spijl van een borstwering. op de borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. ; muuropeningen onder decoratieve ontlastingsboogjes. In middentravee houten vleugeldeur onder korfboogBoog samengesteld uit een aantal ineenvloeiende cirkelbogen die samen nagenoeg een liggende ellips vormen. met witte stenen omlijsting, schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. en sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.. Boven deur drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. met blauw hardstenen entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. op voluutconsoles en rechthoekig vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. onder natuurstenen rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft. met sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.; metselmozaïek in boogveldEen vlak omsloten door de binnenbegrenzing van een boog en de horizontale lijn die de aanzetten verbindt; meestal boven muuropeningen en soms versierd (beeldhouwwerk, blinde traceringen, cementtegels, …). en op borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop.. In middentravee dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met tentdak (leien).

Bronnen

Archieven

GAEtt./OW 2780 (1909).