Typologie(ën)
driegevelvilla
Ontwerper(s)
H. LAMOTTE DEVASTER – architect – 1930
Stijlen
Art deco
Inventaris(sen)
- Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2014-2016
id
Urban : 29308
Beschrijving
Villa
in art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik. n.o.v. architect H. Lamotte Devaster, 1930.
Halfopen bebouwing van drie bouwlagen op hoog souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Grotendeels bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. gevel met bakstenen penanten.
Straatgevel van twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), rechts blindZonder opening; blind venster, schijnopening., links met trapezoïdale gestapelde erker bekroond door terras met ijzeren leuning, glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. in dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. met trapvormige bekroning. Dito voor hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw., met op benedenverdieping ingangsdeur voor bordestrap met ijzeren leuning.
Zijgevel met annex van twee bouwlagen bekroond door terras met ijzeren borstwering voorzien van elegante smeedijzeren deur geflankeerd door lantaarnlicht.
Bewaard art deco-ijzerwerk voor vensterleuningenLage, versierde leuning boven een onderdorpel, meestal in metaal., trapleuningen en -palen, alsook voor het tuinhek.
Halfopen bebouwing van drie bouwlagen op hoog souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Grotendeels bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. gevel met bakstenen penanten.
Straatgevel van twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), rechts blindZonder opening; blind venster, schijnopening., links met trapezoïdale gestapelde erker bekroond door terras met ijzeren leuning, glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. in dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. met trapvormige bekroning. Dito voor hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw., met op benedenverdieping ingangsdeur voor bordestrap met ijzeren leuning.
Zijgevel met annex van twee bouwlagen bekroond door terras met ijzeren borstwering voorzien van elegante smeedijzeren deur geflankeerd door lantaarnlicht.
Bewaard art deco-ijzerwerk voor vensterleuningenLage, versierde leuning boven een onderdorpel, meestal in metaal., trapleuningen en -palen, alsook voor het tuinhek.
Bronnen
Archieven
GAV/DS 10819 (1930), 11656 (1931).