Typologie(ën)
driegevelvilla
Ontwerper(s)
S. RAEMDONCK – architect – 1913
Stijlen
Eclectisme
Inventaris(sen)
- Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Het monumentale erfgoed van België. Vorst (DPC-DCE - 2014-2020)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016-2019
id
Urban : 29426
Beschrijving
Halfvrijstaande villa in eclectische stijl met
pittoreske inslag, naar ontwerp van architect S.Raemdonck, 1913.
Opstand van twee bouwlagen, in baksteen met witstenen elementen, op een onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. in breuksteenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen.. Op de gevel aan de laan, eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden., bekroond door een trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt.; de tweede travee bevat de ingang, achter bordes1. Verhoogd platform vóór de ingang van een gebouw, bereikbaar via een aantal treden; - 2. Vloertje, boven aan of midden in een trap.; op de laatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), schietgat op de verdieping en dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder wolfdak; hoekerker. Garage van latere datum. Schrijnwerk deels bewaard.
Villa achter een achteruitbouwstrook aangelegd als voortuintje en afgesloten door een ijzeren hek, gewijzigd voor de inrit van de garage.
Opstand van twee bouwlagen, in baksteen met witstenen elementen, op een onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. in breuksteenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen.. Op de gevel aan de laan, eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden., bekroond door een trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt.; de tweede travee bevat de ingang, achter bordes1. Verhoogd platform vóór de ingang van een gebouw, bereikbaar via een aantal treden; - 2. Vloertje, boven aan of midden in een trap.; op de laatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), schietgat op de verdieping en dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder wolfdak; hoekerker. Garage van latere datum. Schrijnwerk deels bewaard.
Villa achter een achteruitbouwstrook aangelegd als voortuintje en afgesloten door een ijzeren hek, gewijzigd voor de inrit van de garage.
Bronnen
Archieven
GAV/DS 6208 (1913), 10349 (1929), 14626 (1946), 20155.