Typologie(ën)
appartementsgebouw
Ontwerper(s)
Ernest TONDEUR – architect – 1912
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Eclectisme
Inventaris(sen)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Het monumentale erfgoed van België. Vorst (DPC-DCE - 2014-2020)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente, of als bijzonder belangrijke ouderdom en zeldzame ontwikkeling voor een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; enz.), of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale boulevards of in de Leopoldswijk), of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur - met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (b.v. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte), of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (b.v. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, Congreskolom), of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken).
Onderzoek en redactie
2016-2019
id
Urban : 38794
Beschrijving
Appartementsgebouw in eclectische stijl, naar
ontwerp van architect Ernest Tondeur (?), 1912.
Opstand van vier bouwlagen in rode baksteen met elementen in witgetinte baksteen en in hardsteen, en met in totaal acht traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...): vier aan de steenweg (waaronder de toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. met verspringende bouwlagen), een hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. en drie aan de Meloenstraat. De meeste venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. zijn steekboogvormig, met latei op kussenblokken op de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw.; rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht.. Aan de steenweg, de verdiepingen van de tweede traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) achter balkons volgens verkleinende ordonnantie, gewelfd op de eerste verdieping, gebogen op de volgende. Op de verdiepingen van de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw., inspringende venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. achter gewelfd balkon. Dakterras afgeboord door bakstenen postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering. rond traliewerk. Alle borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in het oorspronkelijke ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw.. Oorspronkelijk was de benedenverdieping bestemd voor een handelszaak, beschermd door een metalen markies1. Beglaasde metalen of houten afdak; 2. Opvouwbaar zonnescherm boven raam of deur. waarvan enkel de ankersporen overblijven. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... vervangen, sommige vensters dichtgemetseld.
Opstand van vier bouwlagen in rode baksteen met elementen in witgetinte baksteen en in hardsteen, en met in totaal acht traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...): vier aan de steenweg (waaronder de toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. met verspringende bouwlagen), een hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. en drie aan de Meloenstraat. De meeste venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. zijn steekboogvormig, met latei op kussenblokken op de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw.; rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht.. Aan de steenweg, de verdiepingen van de tweede traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) achter balkons volgens verkleinende ordonnantie, gewelfd op de eerste verdieping, gebogen op de volgende. Op de verdiepingen van de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw., inspringende venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. achter gewelfd balkon. Dakterras afgeboord door bakstenen postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering. rond traliewerk. Alle borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in het oorspronkelijke ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw.. Oorspronkelijk was de benedenverdieping bestemd voor een handelszaak, beschermd door een metalen markies1. Beglaasde metalen of houten afdak; 2. Opvouwbaar zonnescherm boven raam of deur. waarvan enkel de ankersporen overblijven. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... vervangen, sommige vensters dichtgemetseld.
Bronnen
Archieven
GAV/DS 5989 (1912), 25470 (2015).