Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

L. LAMARCHEarchitect1900

Stijlen

Eclectisme
Neo-Vlaamse renaissance

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2014-2016

id

Urban : 28975
lees meer

Beschrijving

Burgerwoning in eclectische stijl met neo-Vlaamse renaissance-elementen en asymmetrische compositie, n.o.v. architect L. Lamarche, ca. 1900.

Gebouwd op een doorlopend  perceel met de Jupiterlaan waar de oorspronkelijke muur werd vervangen werd door twee garagepoorten (1945).

Vormt aanvang van een homogene huizenrij in dezelfde stijl tot nr. 127.

Witstenen gevel met banden in rode en witte baksten, en hardstenen elementen op dito gebouchardeerde onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen.. HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. met glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. achter balkons van diverse afmetingen met balusterborstwering, al of niet tussen wangenStenen zijkanten van schouwmantel, balkonborstwering, of andere. met bolornament, steile topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. met dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. onder gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Toegangstravee met korfboogvormige deur onder gebroken frontonFronton waarvan het middendeel is doorbroken. met oculusvormig impostvenster. DakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder spits zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. met makelaar1. Versiering op de nok van een dak in de vorm van een decoratieve metalen, terracotta of houten stang; - 2. Middenstijl van een dakspant..

De rechterzijgevel bleef tot 1931 vrijstaand en bestond uit twee blinde boognissen op de derde bouwlaag waarboven een breed houten balkon onder pittoreske topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. met windveer op korbelen1. Diagonale houten balk ter ondersteuning van overkragende elementen zoals een luifel, een kroonlijst,…; 2. Balk om de verbinding tussen trekker en spantbeen in een kapspant te versterken. en steekbalken. De rechterzijgevel bleef tot 1931 vrijstaand en bestond uit twee blindeZonder opening; blind venster, schijnopening. boognissen op de derde bouwlaag waarboven een breed houten balkon onder pittoreske topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. met windveer op korbelen1. Diagonale houten balk ter ondersteuning van overkragende elementen zoals een luifel, een kroonlijst,…; 2. Balk om de verbinding tussen trekker en spantbeen in een kapspant te versterken. en steekbalken.

Bronnen

Archieven
GAV/DS 14533 (1945).