Typologie(ën)
burgerwoning
Ontwerper(s)
Gustave CARLIER – architect – 1911
Stijlen
Eclectisme
Art nouveau
Inventaris(sen)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2014-2016
id
Urban : 28795
Beschrijving
Burgerhuis
in eclectische stijl met elementen in geometrische art-nouveaustijl en met
asymmetrische compositie, n.o.v. architect Gustave Carlier, 1911.
Maakt deel uit van een homogene huizenrij, van nr.189-191 tot nr.199.
Bakstenen gevel met talrijke elementen in witsteen. Muuropeningen met hoekblokken in gevarieerde vormen. Op de benedenverdieping, links, venster omgebouwd tot garagepoort, en rechts, toegangsdeur als drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere.. Op de hoofdtravee, trapezoïdale gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. onder lessenaarsdakDak bestaande uit één hellend dakvlak., bekroond door het balkon van het dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. onder halfronde puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. en met drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere.. Sgraffiti in art-nouveaustijl versieren de toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht.. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... grotendeels bewaard (raamwerk met schuifraam).
Achteruitbouwstrook afgesloten door sokkel muurtjes waarop rond ijzeren traliewerk.
Maakt deel uit van een homogene huizenrij, van nr.189-191 tot nr.199.
Bakstenen gevel met talrijke elementen in witsteen. Muuropeningen met hoekblokken in gevarieerde vormen. Op de benedenverdieping, links, venster omgebouwd tot garagepoort, en rechts, toegangsdeur als drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere.. Op de hoofdtravee, trapezoïdale gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. onder lessenaarsdakDak bestaande uit één hellend dakvlak., bekroond door het balkon van het dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. onder halfronde puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. en met drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere.. Sgraffiti in art-nouveaustijl versieren de toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht.. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... grotendeels bewaard (raamwerk met schuifraam).
Achteruitbouwstrook afgesloten door sokkel muurtjes waarop rond ijzeren traliewerk.
Bronnen
Archieven
GAV/DS
5507 (1911), 13680 (1938).