Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

J. SCHOONEJANS-LECHOaannemer1911-1912

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2002

id

Urban : 17431
lees meer

Beschrijving

Ensemble van zeventien huizen in eclectische stijl n.o.v. aannemer J. Schoonejans-Lécho. Bouwvergunning voor nr 21 tot 39 toegekend in 1911 en voor nr 41 tot 53 in 1912.

Grondplan bestaande uit twee kamers in enfilade, behalve nr 37 en 39 ontworpen als handelsruimte.

Analoge gevels gediversifieerd in architecturaal detail en materiaalgebruik waardoor bijzonder pittoresk aspect. Zoals in Tervurenlaan, huizen van elkaar gescheiden door hekwerk van voortuinen. Twee bouwlagen op souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. of drie bouwlagen met lage benedenverdieping en grotendeels twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met links meestal smallere toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht..

Voor souterrainvensters of lage venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. van benedenverdieping vrij eenvoudig smeedijzeren hekwerk met art-nouveau-elementen; meestal identiek aan hekwerk van voortuin. Meeste deuren met impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak.. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met verschillende bekroning: I-balkIJzeren latei met I-profiel., soms met ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast., steekboogBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster., korfboogBoog samengesteld uit een aantal ineenvloeiende cirkelbogen die samen nagenoeg een liggende ellips vormen. of rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. Op verdieping balkons met gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. of rechte gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., met neoclassicistische of art-nouveaumotieven. ZadeldakenDak met twee hellende dakvlakken. of mansardes, met gedifferentieerde muuropeningen: dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. in vorm van œil-de-bœuf of onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening., dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. met rechte kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). of met trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt.. Nr 37 tot 53 afwisselend gevels in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. (met elementen in Euvillesteen) en gevels met polychroom parementGangbaar geveltype in België tussen 1890 en 1914, gekenmerkt door een speelse verwerking van kleurrijke materialen en tal van ornamenten; vaak gevels met een asymmetrische compositie..

Louis Titecastraat 41 tot 53, opstand, GASPW/DS 80 (1912).

Opmerkelijk goed bewaard ensemble; slechts enkele kleine wijzigingen zoals garage op nr 21, 25, 41 en 43 en enkele aanbouwen. Grote meerderheid van gevels met oorspronkelijk schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... , verschillend per huis: paneeldeuren met impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak., bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. van venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met geel glas en soms met roedeverdeling.

Enkele, op enige afstand van elkaar liggende huizen, hernemen zelfde gevelschema. Bijzonderheden van verschillende huizen:

Nr 21 en 29. Gevels in witte baksteen met rode bakstenen banden. OnderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. en friezenHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). in polychrome breuksteenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen.. MansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met œil-de-bœuf en dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening..
Nr 21. Vooruitspringende hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. corrigeert overgang tussen achter de rooilijn liggend ensemble en andere aan rooilijn grenzende huizen. Verhoogde toegangsdeur met trap onder houten luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. op in- en uitzwenkende korbelen1. Diagonale houten balk ter ondersteuning van overkragende elementen zoals een luifel, een kroonlijst,…; 2. Balk om de verbinding tussen trekker en spantbeen in een kapspant te versterken..
Nr 29. Drie bouwlagen met lage benedenverdieping met twee venstersLicht- en/of luchtopening in een muur..

Louis Titecastraat 21 (foto 2002).

Nr 23. Gevel in gele baksteen met hardstenen elementen. Benedenverdieping met ter hoogte van souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. vertrekkende gestapelde trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld.; schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen (PVC). SgraffitoSgraffito (Italiaans, van sgraffiare: krabben), decoratieve muurtechniek waarbij men een donkere pleisterlaag (doorgaans zwart, roetbruin of grijs) met een lichtgekleurde pleisterlaag bedekt; door de bovenste, nog niet verharde, laag weg te nemen volgens een vooraf bepaald grafisch ontwerp ontstaat een verdiepte tekening; de lichtgekleurde pleisterlaag kan bovendien gekleurd worden ‘al fresco’ (op de verse pleister) of ‘al secco’ (op de droge pleister). boven venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op verdieping. MansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met houten dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap., links met tentdak, rechts met frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening..

Nr 25 en 33. Analoge bakstenen gevels met banden in witte baksteen. Sokkels in polychrome breuksteenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen.. In hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. onder trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt., oorspronkelijk bekroond met smeedijzeren windwijzer, op nr 33 deels bewaard.
Nr 25. In toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. muuropeningen bekroond met balustersVaasvormige spijl van een borstwering..

Nr 27. Bakstenen gevel. HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. oorspronkelijk met uitbouw analoog aan die van nr 41: in tweede bouwlaag balkon met houten borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met Japanse inslag, onder leien tentdak en bekroond door terras met dito borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Deze houten constructie heden vervangen door twee balkons met gemetselde borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. In hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. groot dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. met pseudo-vakwerk. In toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. sgraffitoSgraffito (Italiaans, van sgraffiare: krabben), decoratieve muurtechniek waarbij men een donkere pleisterlaag (doorgaans zwart, roetbruin of grijs) met een lichtgekleurde pleisterlaag bedekt; door de bovenste, nog niet verharde, laag weg te nemen volgens een vooraf bepaald grafisch ontwerp ontstaat een verdiepte tekening; de lichtgekleurde pleisterlaag kan bovendien gekleurd worden ‘al fresco’ (op de verse pleister) of ‘al secco’ (op de droge pleister). onder kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..

Louis Titecastraat 31 (foto 2002).

Nr 31 en 51. Gevels in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen.. Deuren onder stenen luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. bekroond met balustersVaasvormige spijl van een borstwering.. Trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld., op nr 53 gestapeld vertrekkend ter hoogte van souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping.. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles.. VensterLicht- en/of luchtopening in een muur. in hoogste bouwlaag van hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. onder blindeZonder opening; blind venster, schijnopening. boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. op korte lisenenDecoratieve, uitspringende, verticale geleding, vaak met andere liseen verbonden door boog(fries).. MansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met één of twee dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap..
Nr 31. Drie bouwlagen waarvan lage benedenverdieping.
Nr 51. Twee bouwlagen op souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping..

Nr 35. Gevel van drie bouwlagen in witte baksteen met bakstenen banden. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder I-balkIJzeren latei met I-profiel.. In toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met sgraffitoSgraffito (Italiaans, van sgraffiare: krabben), decoratieve muurtechniek waarbij men een donkere pleisterlaag (doorgaans zwart, roetbruin of grijs) met een lichtgekleurde pleisterlaag bedekt; door de bovenste, nog niet verharde, laag weg te nemen volgens een vooraf bepaald grafisch ontwerp ontstaat een verdiepte tekening; de lichtgekleurde pleisterlaag kan bovendien gekleurd worden ‘al fresco’ (op de verse pleister) of ‘al secco’ (op de droge pleister).. In hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. houten erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. bekroond door terras met ijzeren gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. ZadeldakDak met twee hellende dakvlakken. met klimmende dakkapelDakkapel met overkapping die in dezelfde richting helt als het dakvlak..

Nr 37 en 39. Twee bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Handelsruimte: brede vitrine met twee deuren waarvan één winkeldeur en andere deur naar verdieping. MansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met centrale dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. of dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is..
Nr 37. Bakstenen gevel. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op verdieping omlijst met boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. op lisenenDecoratieve, uitspringende, verticale geleding, vaak met andere liseen verbonden door boog(fries).. FriesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). met panelen van baksteentegels. Houten dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening..
Nr 39. Gevel in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. met centrale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met concave zijpanden bekroond door dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. met terras. In rechtertravee dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. in vorm van œil-de-bœuf.

Louis Titecastraat 37 (foto 2002).

Nr 41. Lichtgekleurde bakstenen gevel met bakstenen banden. Op benedenverdieping van hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. terras met houten borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en Japanse inslag op uitbouw; terras onder leien tentdak, bekroond door terras. VensterLicht- en/of luchtopening in een muur. op verdieping onder brede blindeZonder opening; blind venster, schijnopening. boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. met lisenenDecoratieve, uitspringende, verticale geleding, vaak met andere liseen verbonden door boog(fries).. In hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. grote dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met uitspringend kapgebint.

Nr 43. Gevel in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen., thans wit beschilderd. OnderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met inkepingen. In hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op benedenverdieping geflankeerd door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met Corinthisch kapiteelKopstuk van een zuil, pijler of pilaster; algemeen om de gedragen last op een smaller draagvlak over te brengen., balkon met gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in tweede bouwlaag. DakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. met kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Drukkerij in achterhuis (1926).

Nr 45. Bakstenen gevel met hardstenen banden. In hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. ter hoogte van souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. vertrekkende gestapelde trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld.. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op verdieping onder I-balkIJzeren latei met I-profiel.. MansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met rechts klimmende dakkapelDakkapel met overkapping die in dezelfde richting helt als het dakvlak. en links dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening..

Nr 47 en 53. Gevels met analoge compositie maar in verschillende materialen: nr 47 in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen., nr 53 in lichtgekleurde baksteen met banden in gele baksteen. Muuropeningen onder korfboogBoog samengesteld uit een aantal ineenvloeiende cirkelbogen die samen nagenoeg een liggende ellips vormen.. In hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. balkons vlg. verkleinende ordonnantie, op nr 47 met gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. en op nr 51 met rechte borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Vooruitspringend souterrainvenster bekroond door terras. MansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. in hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel.. In toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. van nr 47 dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. in vorm van œil-de-bœuf, klimmende dakkapelDakkapel met overkapping die in dezelfde richting helt als het dakvlak. op nr 51.

Louis Titecastraat 49 (foto 2002).

Nr 49. Huis met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers.. Gevel in gele baksteen. Rondboogvensters. MansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met centraal dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is.. DakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. in vorm van œil-de-bœuf in toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht..

Bronnen

Archieven
GASPW/DS 21-39: 14 (1911); 41-53: 80 (1912); 21: 135 (1974); 25: 186 (1956); 41: 38 (1942); 43: 111 (1926), 94 (1934).