Woning vander Elst

Breed huis in geometrische art-nouveaustijl, n.o.v. architect Edmond Lodewyck, 1907, i.o.v. advocaat Fréderic vander Elst.

Drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), waarbij smalle middentravee licht inspringt. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. gevel met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., versierd met talrijke geometrische motieven in banden en op borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Beglaasde en getraliede deur in centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). In eerste drie bouwlagen getoogde venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op lekdrempels met geprofileerde spuwersUitmonding van een goot of waterbekken waarlangs overtollig water wordt afgevoerd.; in laterale traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) tweelicht op benedenverdieping en drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. op tweede verdieping. Zijtraveeën van ongelijke hoogte: hogere linkertravee met rechthoekige drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. onder kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op twee stenen consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Rechtertravee bow-windowErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte. met drie gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op uitgelengde consoleVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en bovenliggend terras met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met geometrische art-nouveaumotieven. Centrale en rechtertravee met bekronend sgrafittofries naar ontwerp van en gerealiseerd door Paul Cauchie, nu witgeschilderd. Kleine gebogen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). boven centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...); fraaie kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst. boven rechtertravee. Glas-in-loodramen met bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. van geel glas tussen roeden. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op benedenverdieping afgesloten door bewaard smeedijzerTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk..

Interieur goed bewaard. Halfrond trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. met uitzonderlijke bordestrap belicht door linker zijtraveeën; eerste trappaalHoofdbaluster aan de eerste trede van een trap. in granito en voorts smeedijzeren leuning in art-nouveaustijl, overige trappalenHoofdbaluster aan de eerste trede van een trap. in hout. Eenvoudige diensttrap tussen dienstruimten. Merkwaardig rond salon op zowel benedenverdieping als eerste verdieping.

Achtergevel licht verbouwd (1939).