Typologie(ën)

opbrengsthuis
gelijkvloers met handelszaak
burgerwoning

Ontwerper(s)

Fernand DE PAUWarchitect1909

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Landschappelijk
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2012-2013

id

Urban : 22151
lees meer

Beschrijving

Geheel in eclectische stijl bestaande uit een opbrengsthuis met commerciële benedenverdieping in de J. Blockxstraat, een opbrengsthuis op hoek, en een burgerhuis in de Lambermontlaan, n.o.v. architect Fernand De Pauw, 1909.

De gebouwen aan de laan vormen het begin van een bijzonder homogene huizenrij uit dezelfde periode, eindigend op nr. 178, de meeste n.o.v. architect Fernand De Pauw.

Op Jan Blockxstraat nr. 3 en Lambermontlaan nr. 168, opstanden van drie bouwlagen in lichtgekleurde baksteen met hardstenen elementen. KroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). bewaard, op getrapte stenen hoekconsoles. FriezenHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). op het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. versierd met sgraffiti, op nr. 3 thans verdwenen, gevat in boogfriezenReeks van kleine (decoratieve) bogen, vaak steunend op kraagstenen., op nr. 168 beschadigd. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen.

Jan Blockxstraat 3 (foto 2013).

Op J. Blockxstraat nr. 3, benedenverdieping met pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. onder doorlopende  I-balkIJzeren latei met I-profiel.. Drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen; op de eerste verdieping, doorlopend  balkon met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de twee rechtertraveeën.

Lambermontlaan 168 (foto 2013).

Op Lambermontlaan nr. 168, opstand met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. en een trapezoïdale voorbouw. DrielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. met pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. op de verdiepingen, achter respectievelijk het terras van de voorbouw en een balkon, allebei met stenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., de eerste met traliewerk.

Jan Blockxstraat 1 - Lambermontlaan 166, gevel in Lambermontlaan (foto 2013).

Op Jan Blockxstraat nr. 1 - Lambermontlaan nr. 166, opstand van vier bouwlagen, de laatste toegevoegd in 1948 (n.o.v. architect Jean Mommens). Zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in de straat, vier in de laan, verbonden door een hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw.. ToegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden.. Op de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw., boogvormige erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. onder gebombeerdGebold; welvend oppervlak dat een gelijkmatige boogwerking vertoont. dak. Langs de laan, tweede traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) voorzien van balkons met stenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met traliewerk, het laatste breder; drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. en een trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. onder schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde.. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de eerste twee verdiepingen met impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. met moneelStenen vensterstijl., het eerste rechthoekig onder kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)., het tweede onder rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft. en met doorlopende  archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog.. Op de benedenverdieping, langs de straat, drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen., voorzien van muuropeningen met moneelStenen vensterstijl.; langs de laan, rondbogige muuropeningen. Smeedijzeren traliewerk en borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  op de benedenverdieping bijna volledig bewaard, net als een deel van het raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met roedeverdeling op de verdiepingen. Hekwerk van voortuin bewaard.

Bronnen

Archieven
GAS/DS 164-166-168.