Typologie(ën)

burgerwoning
opslagplaats/loods
werkplaats (ambachtelijk)

Ontwerper(s)

INCONNU - ONBEKEND1911

INCONNU - ONBEKEND1920-1932

Léon VERAARTarchitect1949

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2022

id

Urban : 40108
lees meer

Beschrijving

Geheel van in oorsprong verschillende kleine industriële werkplaatsen en loodsen gebouwd in opdracht van de firma SAMVA (smeer-, zeep- en glansfabrikant) tussen 1920 en 1932. Vanaf 1982 ingenomen door meester-glazenier Pierre Majerus (1941-1994) die sinds 1965 werkzaam was in een klein atelier op de Waversteenweg 487 te Etterbeek. Sinds 2011 vormen de huidige ateliers de thuisbasis van de Fondation pour le Vitrail Pierre et Marcelle Majerus Nizet met als doelstelling het ontsluiten van de archieven en publiekswerking rondom glaskunst.

Op nr. 64 burgerwoning in eclectische stijl met Beaux-Artselementen uit 1910 met achterliggende stallingen en ateliers dewelke de oorsprong vormden van de firma SAMVA dat nadien zal uitbreiden in zuidelijke richting ter hoogte van de huidige nr. 54-62.

Twee bouwlagen en asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Bepleisterde gevel met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. op hardstenen onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen., met doorlopende  schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., en met dito elementen. Balkons volgens verkleinende ordonnantie met gietijzeren borstwering, gebuiktMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. in eerste bouwlaag. DakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder gebogen fronten naast houten dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. in toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht., spiegel met guirlande in hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.. Schrijnwerk vervangen, bewaarde inrijpoort. Bewaarde houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..

Achteraan een (beglaasde) koer, gevolgd door een opeenvolging van gebouwen: een kleine stalling van één bouwlaag, vervolgens een beglaasde koer met trap, en ten slotte een volledig onderkelderd bakstenen magazijn van 2 en een halve bouwlaag onder zadelzak. Gezien het dalend verloop van het terrein in westelijke richting geeft de kelderverdieping, o.a. toegankelijk via de koertrap, uit op een kleine tuin. Verhoging met één bouwlaag van de stalling en afbraak van de glazen kap van de beglaasde koer zodoende aansluiting te vinden met het magazijn (1921). In 1949 wordt de koer ingenomen door overdekte garages en aansluitend, tegen de aanbouw van de woning, een bureel en ontvangstruimte voor de klanten van de firma (n.o.v. architect Léon Veraart).

Op nr. 54-62 verschillende werkplaatsen in baksteen gebouwd tussen 1920 en 1932 in opdracht en voor rekening van SAMVA. Een eerste kleine hangar onder lessenaarsdak wordt gebouwd tegen het bakstenen magazijn van de nr. 64. Dit vormde de aanleiding om de perceelsgrens met het nr. 64 open te breken en te voorzien van (voorlopig) hekwerk en een toegang naar de beglaasde koer met trap, tevens wordt een bakstenen omheiningsmuur gebouwd met toegang in de Jachtlaan (huidige nr. 54-62). In 1921 wordt de bestaande hangar uitgebreid naar zuidelijke richting met bijkomende hangars onder sheddak, het geheel wordt voorzien van een gevelfront in baksteen met grote rechthoekige muuropeningen. In 1924 aanbouw in oostelijke richting met bijkomend magazijn van twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder sheddak, in 1932 aangevuld met identieke constructies van drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in oostelijke richting. Allen met rechthoekige muuropeningen onder ijzeren latei. Bedaking met ijzeren spanten, aan westzijde bedekt met pannen.


Bronnen

Archieven
GAEtt./OW 2693 (1911); 448 (1920); 798 (1921); 4782 (1924); 1795 (1932); 3162 (1933); 3349 (1949).