Typologie(ën)

woning of opbrengsthuis (onbepaald)

Ontwerper(s)

Jean VAN DEURENaannemer, architect1911

Stijlen

Eclectisme
Neoclassicisme

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Etterbeek (DMS-DML - 1994-1997)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 13493
lees meer

Beschrijving

Twee panden n.o.v. aannemer Jean VAN DEUREN, 1911.

Drie bouwlagen en in totaal zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder pannen zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. Lijstgevel in witte baksteen, afgewisseld met banden in natuursteen op arduinen onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. en arduinen plint. In eerste bouwlaag resp. twee rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., twee deuren en brede vitrine voor toonzaal. Op verdiepingen vijfde bredere traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) verlicht door tweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst. met colonnet. Rechthoekige muuropeningen met balustersVaasvormige spijl van een borstwering., ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. of balkon volgens asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers.. Geriemde architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden. onderbroken door frontonvormende gebogen waterlijstenVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen.. Achteraan onderstation gebouwd door de "Compagnie Continentale d'Electricité". PuntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. in rode baksteen, oorspronkelijk met twee rondbogige muuropeningen en oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster. onder klimmende boogfriesReeks van kleine (decoratieve) bogen, vaak steunend op kraagstenen.. Heden gerenoveerd en dienst doend als grafisch atelier.

Bronnen

Archieven
GAEtt./OW 579 (1911).