Typologie(ën)
architectenwoning
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1895
Antoine POMPE – architect – 1937
Stijlen
Modernisme
Inventaris(sen)
- Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Het monumentale erfgoed van België. Elsene (DMS-DML - 2005-2015)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente, of als bijzonder belangrijke ouderdom en zeldzame ontwikkeling voor een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; enz.), of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale boulevards of in de Leopoldswijk), of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur - met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (b.v. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte), of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (b.v. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, Congreskolom), of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken).
- Stedenbouwkundig Sommige bouwkundige goederen spelen, meer dan andere bouwkundige goederen, een prominente rol in de planmatige inrichting van de bebouwde ruimte in het verleden. Meestal determineren zijn andere stedenbouwkundige (plan)vormen zodat er zich een wisselwerking voortdoet tussen bebouwde en niet-bebouwde (of open) ruimte. Die inrichting omvat ook de samenhang tussen verschillende schaalniveaus. Een onroerend goed heeft stedenbouwkundige waarde wanneer het hierin een rol speelt, bijvoorbeeld hoekgebouwen, coherente pleinen of (straatwanden), deskundig ingeplante torens (hoogbouw) en hun relatie tot hun onmiddellijke kwaliteitsvolle omgeving die coherent kan zijn, maar ook contrastrijk, maar ook relicten van stedenbouwkundige concepten en hoe deze architecturaal (en typologisch) zijn of werden ingevuld, zoals bijvoorbeeld de nog bewaarde eclectische stadspaleizen en/of herenhuizen in de Leopoldswijk.
Onderzoek en redactie
2005-2007
id
Urban : 16676
Beschrijving
Architectenwoning in modernistische stijl i.o.v. en n.o.v. arch. Antoine Pompe, 1937.
Resultaat van verbouwing van neoclassicistisch burgerhuis uit 1895, vergelijkbaar met nr. 45 (zie dit nr.).
De architect erfde het huis van zijn schoonouders en bewoonde het van 1938 tot 1970. Antoine Pompe had geen kinderen en verkocht het huis op lijfrente in 1952. Hij stierf in 1980 op de leeftijd van 107 jaar.
De architect hertekende het interieur volledig en voerde zelf in de loop van vele jaren een groot deel van de werken uit. Hij wilde zoveel mogelijk oorspronkelijke elementen recupereren, demonteerde of verplaatste ze en hergebruikte ze soms in een totaal andere functie. Dit huis is een toonbeeld van het principe van hergebruik en van functionalisme, hoewel er ook aandacht is voor het decoratieve aspect. De verbouwingen resulteerden in plaatswinning en een inrichting aangepast aan de levenswijze van het interbellum.
Drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Geel beraapte gevel, op gebouchardeerde hardstenen onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met garage. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op benedenverdieping met hardstenen borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.; in bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. op benedenverdieping glas-in-lood; in impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. boven deur glas-in-lood met driehoek en winkelhaak, symbolen van de architectuur. In tweede bouwlaag kleine centrale, driehoekige erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. ter vervanging van balkon; venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. gescheiden door rood geschilderde gewervelde houten stijlen en bekroond door drie kleine impostvenstersVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak.. Brede dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap..Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .
Interieur. Sommige door Pompe uitgevoerde verbouwingen hebben een impact op de gevel. De sokkel werd verhoogd voor de inrichting van de garage op straatniveau. De arch. recupereerde de plankenvloer van het souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. voor de garagepoort; in de garage bevindt zich een smeerput en achteraan een gymnastiekruimte. De drempel van de toegangsdeur werd verlaagd tot straatniveau zodat de woonverdieping kon worden vergroot; laatstgenoemde werd door de architect voorzien van een nieuwe plankenvloer. Het impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. boven de toegangsdeur verlicht dus zowel de inkomhal als de woonverdieping.
De keuken werd verplaatst van de tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. naar de benedenverdieping en is via een glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. ook toegankelijk vanuit de tuin. Op de benedenverdieping vooraan rechts, boven de vestibule, bevindt zich een kleine werkruimte-bibliotheek en links een salon, dat uitgeeft op de eetkamer. Deze drie vertrekken zijn ‘gemoderniseerd' door de verbouwing of verwijdering van de schouwen en de installatie van zuilen voor de luchtcirculatie. Plafonds in célotex verbergen de neoclassicistische sierlijsten en zorgen voor besparing op de verwarmingskosten. Eiken parket.
De eetkamer geeft uit op de veranda via een glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. waarvan het schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... afkomstig is van de oorspronkelijke glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. naar het balkon. De veranda geeft uit op de tuin via enkele stenen treden die gerecupereerd werden van de toegangstrap aan straatzijde.
De drie kamers op de eerste verdieping werden nauwelijks gewijzigd. In de achterkamer werd een lavabohoek ingericht en de voorkamer rechts kreeg een vestibule.
Op de tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. naar de zolderRuimte onder het dak., waar zich het bureau en het atelier van de architect bevonden, is de wachtkamer bereikbaar via een korte trap.
Pompe ontwierp een uitschuifbare trap die de toegang tot de zolderRuimte onder het dak. vergemakkelijkt en vroeg octrooi aan voor deze uitvinding.
Pompe bedacht voor het interieur talrijke vernuftige oplossingen om materiaal en geld te besparen. Zo recupereerde hij de oude 19e-eeuwse deuren die hij deels beglaasde. De deurlijsten zijn geschaafd en omgekeerd terug gemonteerd om de klassieke sierlijsten te verbergen. In de keuken zijn de door de architect ontworpen functionalistische kasten en het doorgeefluik bewaard. Hij recupereerde zelfs de gordijnroeden om er trapleuningen mee te maken.
Beschermd op 05.06.2007.
Resultaat van verbouwing van neoclassicistisch burgerhuis uit 1895, vergelijkbaar met nr. 45 (zie dit nr.).
De architect erfde het huis van zijn schoonouders en bewoonde het van 1938 tot 1970. Antoine Pompe had geen kinderen en verkocht het huis op lijfrente in 1952. Hij stierf in 1980 op de leeftijd van 107 jaar.
De architect hertekende het interieur volledig en voerde zelf in de loop van vele jaren een groot deel van de werken uit. Hij wilde zoveel mogelijk oorspronkelijke elementen recupereren, demonteerde of verplaatste ze en hergebruikte ze soms in een totaal andere functie. Dit huis is een toonbeeld van het principe van hergebruik en van functionalisme, hoewel er ook aandacht is voor het decoratieve aspect. De verbouwingen resulteerden in plaatswinning en een inrichting aangepast aan de levenswijze van het interbellum.
Drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Geel beraapte gevel, op gebouchardeerde hardstenen onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met garage. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op benedenverdieping met hardstenen borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.; in bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. op benedenverdieping glas-in-lood; in impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. boven deur glas-in-lood met driehoek en winkelhaak, symbolen van de architectuur. In tweede bouwlaag kleine centrale, driehoekige erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. ter vervanging van balkon; venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. gescheiden door rood geschilderde gewervelde houten stijlen en bekroond door drie kleine impostvenstersVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak.. Brede dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap..Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .
Interieur. Sommige door Pompe uitgevoerde verbouwingen hebben een impact op de gevel. De sokkel werd verhoogd voor de inrichting van de garage op straatniveau. De arch. recupereerde de plankenvloer van het souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. voor de garagepoort; in de garage bevindt zich een smeerput en achteraan een gymnastiekruimte. De drempel van de toegangsdeur werd verlaagd tot straatniveau zodat de woonverdieping kon worden vergroot; laatstgenoemde werd door de architect voorzien van een nieuwe plankenvloer. Het impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. boven de toegangsdeur verlicht dus zowel de inkomhal als de woonverdieping.
De keuken werd verplaatst van de tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. naar de benedenverdieping en is via een glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. ook toegankelijk vanuit de tuin. Op de benedenverdieping vooraan rechts, boven de vestibule, bevindt zich een kleine werkruimte-bibliotheek en links een salon, dat uitgeeft op de eetkamer. Deze drie vertrekken zijn ‘gemoderniseerd' door de verbouwing of verwijdering van de schouwen en de installatie van zuilen voor de luchtcirculatie. Plafonds in célotex verbergen de neoclassicistische sierlijsten en zorgen voor besparing op de verwarmingskosten. Eiken parket.
De eetkamer geeft uit op de veranda via een glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. waarvan het schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... afkomstig is van de oorspronkelijke glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. naar het balkon. De veranda geeft uit op de tuin via enkele stenen treden die gerecupereerd werden van de toegangstrap aan straatzijde.
De drie kamers op de eerste verdieping werden nauwelijks gewijzigd. In de achterkamer werd een lavabohoek ingericht en de voorkamer rechts kreeg een vestibule.
Op de tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. naar de zolderRuimte onder het dak., waar zich het bureau en het atelier van de architect bevonden, is de wachtkamer bereikbaar via een korte trap.
Pompe ontwierp een uitschuifbare trap die de toegang tot de zolderRuimte onder het dak. vergemakkelijkt en vroeg octrooi aan voor deze uitvinding.
Pompe bedacht voor het interieur talrijke vernuftige oplossingen om materiaal en geld te besparen. Zo recupereerde hij de oude 19e-eeuwse deuren die hij deels beglaasde. De deurlijsten zijn geschaafd en omgekeerd terug gemonteerd om de klassieke sierlijsten te verbergen. In de keuken zijn de door de architect ontworpen functionalistische kasten en het doorgeefluik bewaard. Hij recupereerde zelfs de gordijnroeden om er trapleuningen mee te maken.
Beschermd op 05.06.2007.
Bronnen
Archieven
GAE/DS 69-47.
AAM, niet geklasserd fonds.
Publicaties en studies
CULOT, M., TERLINDEN, F., Antoine Pompe et l'effort moderne en Belgique 1890-1940 (tentoonstellingscatalogus), Museum van Elsene, Brussel, 1969, pp. 18-29.
CULOT, M., DELEVROY, R. L., Antoine Pompe ou l'architecture du sentiment (tentoonstellingscatalogus), AAM, 1975, pp. 5, 6, 13-18.
CULOT, M., VAN LOO, A., Musée des Archives d'Architecture Moderne, AAM, Brussel, 1986, pp. 304-317.
Monument et sites protégés, éd. Mardaga, Brussels Hoofdstedelijk Gewest, 1999, p.165-166.
GAE/DS 69-47.
AAM, niet geklasserd fonds.
Publicaties en studies
CULOT, M., TERLINDEN, F., Antoine Pompe et l'effort moderne en Belgique 1890-1940 (tentoonstellingscatalogus), Museum van Elsene, Brussel, 1969, pp. 18-29.
CULOT, M., DELEVROY, R. L., Antoine Pompe ou l'architecture du sentiment (tentoonstellingscatalogus), AAM, 1975, pp. 5, 6, 13-18.
CULOT, M., VAN LOO, A., Musée des Archives d'Architecture Moderne, AAM, Brussel, 1986, pp. 304-317.
Monument et sites protégés, éd. Mardaga, Brussels Hoofdstedelijk Gewest, 1999, p.165-166.