Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Léon JANLETarchitect1912

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2005-2007

id

Urban : 16384
lees meer

Beschrijving

Burgerwoning in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk., n.o.v. architect-landmeter Léon Janlet, 1912.

Vormt het einde van een bijzonder homogene huizenrij op grondgebied Vorst, beginnend met nr.139-141.

Drie bouwlagen. Gevel in witsteen. Benedenverdieping met doorlopende  schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren.. Verdiepingen geflankeerd door kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. Smeedijzeren deur onder impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. met rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. In tweede bouwlaag erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met drie smalle rondboogvensters, geflankeerd door kleine pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en bekroond met terras. In derde bouwlaag drie rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  met gewelfde bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden., waarvan sommige met roedeverdeling.
Garage van 1929; dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. voor- en achteraan van 1965.

Bronnen

Archieven
GAE/DS 37-161.