Typologie(ën)

herenhuis

Ontwerper(s)

INCONNU - ONBEKEND1740-1760

Juridisch statuut

Beschermd sinds 20 januari 2005

Stijlen

Rococo

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 33536
lees meer

Beschrijving

Herenhuis met dubbelhuisopstand, in overgangsstijl régence-Lodewijk XV, uit het midden van de 18e eeuw; drie bouwlagen en vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. (leien). In de 19e eeuw zogenaamd «Hotel de la Poste», vanaf 1920 "Crédit du Nord Belge"

Markante, volkomen symmetrische lijstgevel, gemarkeerd door een middenrisaliet en geblokte hoekpilasters, horizontaal geleed door de puilijst. Opgetrokken uit zandsteen, tamelijk verweerd en plaatselijk hersteld. Overvloedige verwerking van hardstenen elementen, voorzien van steenhouwersmerken, te identificeren met M. Monnoye. Hoger oplopend middenrisaliet met rondbogige afwerking : gemarkeerd door ingediepte posten op de begane grond; in omlijsting met geprofileerd kwarthol en met spiegels versierd beloop, imposten en sluitsteen op de bovenverdieping.
Geprofileerde kwartholle spiegelboogpoort met sluitsteen, onder balkon met uitgelengde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en gesmeed ijzeren hek met initiaal. Aansluitend spiegelbogig deurvenster met neuten, rankwerkklauwstukken, orenUitstekend deel van sommige bouwelementen of -constructies, meestal louter decoratief. en schelp en ingesnoerd topstuk met maskerkop in rocaille1. Schelp- of rotsachtig, asymetrisch ornament, waaraan rococo haar naam dankt. - 2. Tuinfolies of rotsachtige tuinconstructies.. Erboven geknikt boogvenster in geriemde omlijsting met neuten, imposten, waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen., sluitsteen en schelp. Zijtraveeën met venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in geriemde omlijsting : rechthoekige met rocaillesleutel op de begane grond, getoogd met bijkomende maskerkop en geprofileerde lekdrempel op consooltjes op de tweede bouwlaag, haast vierkant op de lage derde bouwlaag. Doorgetrokken platte bandbelijning die verdiepte panelen vormt op de borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., op de bovenverdieping. Gevelbeëindiging door architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden., fries en omlopende gekorniste kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Twee dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met geknikt boogvenster, vleugelstukken, gebogen waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. op gestrekte uiteinden en schelpbekroning. Aangebouwd bankcomplex, ter plaatse van het voormalige binnenplein en aanhorigheden, naar ontwerp van architecten J.-B. en
H. Maillard (Tourcoing) van 1920-1921. Stijlvolle lokettenzaal in « Beaux-Arts »- stijl, met zuilengalerijen en booggewelf met glas-in-lood bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden., overvloedig gebruik van marmer en halfverheven beeldhouwwerk.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 28266 (1920-1921).