Typologie(ën)
woning of opbrengsthuis (onbepaald)
museum
museum
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1600-1699
Pierre WINCQZ – Steenkapper – 1675
R. VANDENDAELE – architect – 1973-1974
Jacques MOESCHAL – beeldhouwer – 1973-1974
Stijlen
Traditionele architectuur
Inventaris(sen)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 31857
Beschrijving
Heden samenstel van
twee diephuizen onder zadeldakenDak met twee hellende dakvlakken., respectievelijk manke trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. en combinatie
van lijstgevel en verhoogde halsgevelGevel waarvan de geveltop rechthoekig is en geflankeerd wordt door (gebeeldhouwde) vleugel- of klauwstukken., in traditionele stijl gerestaureerd op
basis van oorspronkelijke getuigen en ordonnantie, n.o.v. architecten R. Vandendaele
en J. Moeschal van 1973-1974.
Gebruik van zandsteen voor plint en delen van de kwartholle dagkantenBinnenkant (tussen muurvlak en kozijn) van de stijlen van een muuropeningen; soms geprofileerd of afgeschuind., neggen, het wigvormige ontlastingssysteem en de speklagen; voorts verwerking van andere natuursteen.
Nr. 4. volgens oude zichten en gevelopstand voorheen breedhuis met bepleisterde lijstgevel van drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., haast vierkante op de lagere bovenste bouwlaag, en op de benedenverdieping een barok deurtje in de derde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) (heden in nr. 6-8).
Nr. 6-8. Voorheen eveneens bepleisterdMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen.. Gevel opklimmend tot de 17e eeuw, bestaande uit een lijstgevel van één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en een topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. van vier traveeën met halsbekroning op getrapte aanzetten. Behouden ordonnantie op de verdiepingen. Benedenverdieping met in eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) een fraai barok rondboogdeur uit ca. 1675 (afkomstig van nr. 4), met steenhouwersmerk van P. Wincqz (1635-1728, Feluy): geblokte hardstenen omlijsting met rolwerksluitsteen, imposten en neuten, onder gebogen waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. met horizontale aanzetten en bolornamenten.
Gebruik van zandsteen voor plint en delen van de kwartholle dagkantenBinnenkant (tussen muurvlak en kozijn) van de stijlen van een muuropeningen; soms geprofileerd of afgeschuind., neggen, het wigvormige ontlastingssysteem en de speklagen; voorts verwerking van andere natuursteen.
Nr. 4. volgens oude zichten en gevelopstand voorheen breedhuis met bepleisterde lijstgevel van drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., haast vierkante op de lagere bovenste bouwlaag, en op de benedenverdieping een barok deurtje in de derde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) (heden in nr. 6-8).
Nr. 6-8. Voorheen eveneens bepleisterdMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen.. Gevel opklimmend tot de 17e eeuw, bestaande uit een lijstgevel van één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en een topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. van vier traveeën met halsbekroning op getrapte aanzetten. Behouden ordonnantie op de verdiepingen. Benedenverdieping met in eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) een fraai barok rondboogdeur uit ca. 1675 (afkomstig van nr. 4), met steenhouwersmerk van P. Wincqz (1635-1728, Feluy): geblokte hardstenen omlijsting met rolwerksluitsteen, imposten en neuten, onder gebogen waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. met horizontale aanzetten en bolornamenten.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 82002 en 84857 (1973-1974).
Websites
BALat KIK-IRPA
4: BALat KIK-IRPA (deur)
Collections.heritage.brussels (Mode & Kant Museum)