Typologie(ën)

opbrengsthuis
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

D. FASTRÉarchitect1893

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme
Neorenaissance

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30286
lees meer

Beschrijving

Naar analogie met nr. 5-7, opbrengsthuis in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl met neorenaissance-inslag, n.o.v. architect D. Fastré, 1893.

Vijf bouwlagen, de tweede als tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Spiegelboogvormige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen.. Derde bouwlaag met breed balkon; glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. met wapenschilden in de boogveldenEen vlak omsloten door de binnenbegrenzing van een boog en de horizontale lijn die de aanzetten verbindt; meestal boven muuropeningen en soms versierd (beeldhouwwerk, blinde traceringen, cementtegels, …).. Ordonnerende kolossaleZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. over de hoogste bouwlagen: centraal verrijkt met een recht en een gebogen balkon, en boven een
entablement doorlopend in een dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer., pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. en schelpfronton. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt., waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. en ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast.; wapenschilden op de borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van de hoogste bouwlaag. Pui met hardstenen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. bekroond door recent frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening..

Bronnen

Archieven
SAB/OW 5994 (1893).