Typologie(ën)

opbrengsthuis

Ontwerper(s)

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Archeologisch
  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 31387
lees meer

Beschrijving

Diephuis van vier bouwlagen, de twee als tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. (verborgen) en drie smalle traveeën, voorheen met verhoogde halsgevelGevel waarvan de geveltop rechthoekig is en geflankeerd wordt door (gebeeldhouwde) vleugel- of klauwstukken. met centraal risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. en tweeledige top met spiegelboogvenster tussen oculiKlein rond, ovaal of polygonaal venster. en gebogen pseudofronton, uit eind 17e eeuw, cf. bewaard afgesnuit zadeldak en achtertuitgevel.

Bepleisterde en beschilderde neoclassicistische gevel op nieuwe vooruitgeschoven rooilijn wederopgebouwd, 1845. Bijkomende halve bouwlaag en slechts twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Rechthoekige in hoogte afnemende venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met geprofileerde lekdrempel; gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. leuningen. Getande kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met klossen boven friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). en kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels.. Winkelpui van bij oorsprong; heden verbouwd.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 15925 (1845), 42219 (1934).