Typologie(ën)

appartementsgebouw

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Art deco

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

1997-2004

id

Urban : 9354
lees meer

Beschrijving

Drie appartementsgebouwen in art-decostijl, de eerste twee van 1931, het derde van 1932 voor de coöperatieve vereniging Comptoir national des Matériaux.

Zes bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Bakstenen gevel met simili-natuurstenen elementen op dito benedenverdieping. Centraal van elk gebouw risaliterendeRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. toegangsdeur, niet op dezelfde lijn als muuropeningen op verdiepingen. Verdiepingen geritmeerd door kolossaleZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., grote rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met oorspronkelijk driedelig raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn.. Meeste muuropeningen voorzien van decoratief metselwerk op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Twee bovenste bouwlagen gescheiden door kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels., de laatste bouwlaag in simili-natuursteen.

Wilmottestraat nr. 57, 59. Identieke gevels van elk vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). OpengewerkteOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… deuren met geprofileerde keelomlijsting en rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. Op centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van derde en vierde bouwlaag, simili-natuurstenen borstweringspanelen: bloemen- en fruitversiering. Houten dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met gewelfde kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..

Overwinningstraat nr. 187a. Hoekgebouw met vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in M. Wilmottestraat en vier in Overwinningsstraat. Benedenverdieping met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., korfboogvensters. Centraal in gevel in Overwinningsstraat risaliterendeRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. toegang: opengewerkteOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… deur in afgeschuindeSchuine vlakke kant aan een houten of stenen bouwonderdeel. omlijsting, geflankeerd door twee smalle rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. Op de uiterste traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van beide gevels, venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in doorlopende , getrapteGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. omlijsting. Andere traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) hebben in derde en vierde bouwlaag borstweringspanelen: bloemen- en fruitdecoratie. DakvenstersUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. met gebogen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..

Bronnen

Archieven
GASG/DS 57, 59: 31 (1931); Overwinningsstraat nr. 187a: 98 (1932).