Typologie(ën)

woning
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

1997-2004

id

Urban : 8449
lees meer

Beschrijving

Drie huizen met neoclassicistische inslag. Oorspronkelijk ensemble van vijf huizen samen met nr. 31 en 39, nu op benedenverdieping verbouwd. (nr. 39 n.o.v. arch. Louis Hoebeke, 1929, en met verhoogde verdieping). Alle van 1879 voor zelfde eigenaar.

Nr. 35 met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. geflankeerd door twee identieke gevels van nr. 33 en 37 met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. en volgens spiegelbeeldschema. Benedenverdieping met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren.; die van nr. 35 verbouwd tot handelsruimte (1929). VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op verdiepingen met geornamenteerde sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.. HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. van nr. 33 en 37 en centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van nr. 35 op verdiepingen risaliterend; balkon met ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en twee consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. op hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.. Bewaard mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. op nr. 35; dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. waarschijnlijk gewijzigd. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  grotendeels vervangen.

Bronnen

Archieven
GASG/DS 31, 33, 35, 37: 5012 (1879); 35: 481 (1929); 39: 6186 (1879), 12 (1929).