Typologie(ën)

opslagplaats/loods

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

1997-2004

id

Urban : 4503
lees meer

Beschrijving

Ensemble van verschillende gebouwen in verschillende stijlen, die rond 1920-1925 – ‘Groothandel in farmaceutische producten & parfumerie' - het ‘Huis Louis Sanders' vormen.

De eclectische straatgevel van nr. 24 (1905) heeft links een doorgang die naar een eerste binnenkoer leidt. Hier bevindt zich de vroegere directeurswoning (nr. 22), een opmerkelijk gebouw in neo-Vlaamse renaissancestijl, 1904. Dit gebouw heeft ook een doorgang die naar een tweede binnenplaats leidt, oorspronkelijk omringd door hoge industriegebouwen (1905), maar ontsierd door talrijke verbouwingen en uitbreidingen in 1908, 1922, 1926, 1927 en 1976. Sinds eind jaren 1970 maken de gebouwen deel uit van het grote kantoorcomplex van NV Glimo, dat Brugmannlaan nr. 27-37 en IJskelderstraat nr. 22, 24 en 32 omvat.

Nr. 22. Directeurswoning in neo-Vlaamse renaissancestijl. Gebouw omvat breedhuis en aansluitend diephuis van telkens twee bouwlagen. Historiserende trapgevels in traditionele bak- en zandsteenstijl.

Gevels aan eerste binnenplaats: links breedhuis van vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken., maar links afgewolfd en rechts tegen trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt.; benedenverdieping met uit as geplaatste deur onder getoogd impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. en drie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. van onregelmatige afmetingen; op verdiepingen links drie kruisvenstersVenster, door een moneel en een tussendorpel in vier vlakken verdeeld. en rechts getoogd vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt. en balustradeHekwerk van spijlen of balusters.; drie fantastische waterspuwersUitstekende buis of gooteinde voor de afvoer van hemelwater, vaak in de vorm van een dierlijk of diabolisch monster. en kraagstenen onder houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).; vier geschrankte dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder tentdak; rechter zijgevel van één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt. en deur onder getoogd impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak..

Rechts diephuis van twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt.; op benedenverdieping links oorspronkelijk kruisvensterVenster, door een moneel en een tussendorpel in vier vlakken verdeeld. en rechts doorgang naar tweede binnenkoer, gewijzigd in 1986; doorgang onder gewelfjes en afgeschermd door karakteristieke eiken poorten, links in doorgang drie deuren naar woning; op eerste verdieping kruisvensterVenster, door een moneel en een tussendorpel in vier vlakken verdeeld.; trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. met drie onregelmatig ingebrachte venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en lateraal twee waterspuwersUitstekende buis of gooteinde voor de afvoer van hemelwater, vaak in de vorm van een dierlijk of diabolisch monster.. Achtergevel van diephuis met lelievormige muurankers en met jaartal ‘1904'.

Nr. 24. Groot pand in eclectische stijl met polychroom parementGangbaar geveltype in België tussen 1890 en 1914, gekenmerkt door een speelse verwerking van kleurrijke materialen en tal van ornamenten; vaak gevels met een asymmetrische compositie., 1905. Vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en vier bouwlagen. Gevel in heldere baksteen met elementen in wit geglazuurde baksteen, wit- en hardsteen. Overwegend getoogde muuropeningen; links brede koetspoort naast brede deur tussen hardstenen stijlen. In tweede traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op eerste verdieping Frans balkonBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. met balustradeHekwerk van spijlen of balusters.; op tweede verdieping breed vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met centraal smal en gebogen smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. In hoogste bouwlaag gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. rondboogvensters. HoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met houten friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)., gedragen door modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst..

Bronnen

Archieven
GASG/DS 22: 19 (1905), 325 (1908), 134 (1922), 160 (1926), 43 (1927), 102 (1976); 24: 216 (1905), 99 (1986).

Publicaties en studies

CULOT, M. (o.l.v.), L'immeuble et la parcelle. Les immeubles à appartements comme éléments constitutifs du tissu urbain. Le cas de Bruxelles 1870-1980, AAM, Brussel, 1982, p. 152.
Inventaire visuel de l'architecture industrielle à Bruxelles. Saint-Gilles, AAM, Brussel, 1980-1982, fiches 25.