Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Albert DE VALERIOLAarchitect1921

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2018

id

Urban : 38392
lees meer

Beschrijving

Halfvrijstaande burgerwoning in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk., n.o.v. architect Albert de Valeriola, 1921.

Gebouw van twee bouwlagen onder schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde. en bekronend terras. Bakstenen gevels met witstenen elementen. Twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de straatgevel, drie op de zijgevel; de centrale bevat de toegang en de derde neemt de hoek achteraan in. Hoekkettingen. Op de eerste drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), muuropeningen met stijlenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust. met hoekblokkenAfwisselende opeenvolging van lange en korte zijden van natuurstenen hoekblokken of neggen (geprofileerd) in een bakstenen gevel. en onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles., die van de benedenverdieping gewelfd. Op de benedenverdieping, boogvormig Frans balkonBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. met smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. voor de glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. aan weerszijden van de hoek. Op de verdieping, balustradesHekwerk van spijlen of balusters. aan straatzijde. Toegang achter bordes1. Verhoogd platform vóór de ingang van een gebouw, bereikbaar via een aantal treden; - 2. Vloertje, boven aan of midden in een trap. met smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… leuningen; luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. op pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…) verdwenen. Houten dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder boogvormige kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..
Smeedijzeren tuinhek bewaard.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 42578 (1921).