Typologie(ën)

school

Ontwerper(s)

Henri-Aimé JACOBSarchitect1933-1936

Henri-Aimé JACOBSarchitect1939-1950

Henri JACOBSarchitect1933-1936

Stijlen

Art deco

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Sociaal
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2020-2022

id

Urban : 35403
lees meer

Beschrijving

Scholencomplex in art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik., naar ontwerp van de architecten Henri Jacobs en Henri-Aimé Jacobs, 1933-1936 en 1939-1950.

Begin jaren 1930 was in twee huizen aan de Vrijheidslaan een middelbare school voor jongens met atheneumafdeling ondergebracht. De lokalen werden gauw te klein. De gemeente kocht toen van de coöperatieve en eigenaar, Le Comptoir national des matériaux, een stuk grond in de Omer Lepreuxstraat om daar een nieuwe school te bouwen. Architecten Henri en Henri-Aimé Jacobs, vader en zoon, werkten in 1933-1934 de plannen uit voor een schoolgebouw. In 1936 volgde er al gauw een tweede fase van werkzaamheden. Henri Jacobs was in 1935 overleden maar diens zoon, Henri-Aimé Jacobs werd aangezocht voor de uitbreiding van het atheneum, deze keer langs de Sint-Agatha-Berchemselaan. Met de ruwbouw werd in 1939 gestart, maar de tweede wereldoorlog maakte daar een einde aan. Pas in 1948 werden de werkzaamheden hervat, in 1950 waren ze achter de rug.

In de Omer Lepreuxstraat. Drie bouwlagen, bekleed met baksteen en voorzien van hardstenen elementen. Gevel in drie delen, waarvan de bouwlagen verspringen. Eerste deel: op de benedenverdieping twee venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. aan weerszijden van een gevelopening met bijzonder opvallende tussen- en onderdorpel; brede venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de verdiepingen, op de eerste verdieping voorzien van muurdammen bekleed met zwarte en oranje keramiektegels. Tweede deel, de toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht.: portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. onder luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. bestaande uit grote verticale glaspartijen in drie delen op trapezoïdaal grondvlak ter verlichting van het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. op de verdiepingen, met aan weerszijden een gecanneleerd deelzuil. Derde deel: zeven traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met grote gevelopeningen. Metalen schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  bewaard.

Sint-Agatha-Berchemstraat 34, Koninklijk Atheneum van Koekelberg, gevel in Omer Lepreuxstraat 15-17 (foto 2014).

In de Sint-Agatha-Berchemselaan. U-vormig gebouw bestaande uit drie vleugels. Een eerste vleugel betreft de inkompartij en vormt de hoek van de Vredelaan met de Sint-Agatha-Berchemselaan; een tweede ver inspringende vleugel ligt evenwijdig met de laan; een derde vleugel ligt loodrecht, op de rooilaan van de laan. De ruimte binnen deze drie vleugels vormt de speelplaats en wordt afgesloten met een breukstenenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen. omheiningsmuur op een harstenen sokkel, geritmeerd door dito pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met art-decobekroning.

Gevel met oranjekleurige baksteen en overvloedig voorzien van hardstenen elementen. Platte daken en meanderfriezen onder de kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Metalen schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  bewaard.

Gevel van het toegangsgebouw wijkt in een boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. naar binnen, over vier bouwlagen. Monumentale portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. met zuilen die een balkon met een smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. dragen; grote venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. over twee bouwlagen onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles., gevat in een brede, hardstenen lijst met daarop het opschrift "ATHENEUM"; op de derde verdieping een vijflicht met daarboven het wapenschild van België. Aan weerszijden van de ingang: traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met kleine venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. waar verticaal een natuurstenen zuil doorheen loopt. De gevel aan de kant van de Vredelaan telt vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met grote gevelopeningen; vier bouwlagen, de laatste boven een entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles..
Gevels naar de speelplaats toe vormen een L en tellen vier bouwlagen, de laatste boven een entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles.. De verbinding tussen beide gevels is een nagenoeg helemaal beglaasde buitenwerkse hoek die de trap verlicht. De evenwijdige vleugel heeft vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met grote gevelopeningen, die van het toegangsgebouw heeft twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). De serie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. boven het entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. van het evenwijdige gebouw loopt door boven een blindeZonder opening; blind venster, schijnopening. traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Opengewerkte schoorsteen.
Loodrechte vleugel links is slechts één bouwlaag hoog. Straatgevel met een raam en versierd met een sgraffitopaneel dat dienst doet als zonnewijzer.

Interieur.
In het oudste gedeelte, naar de Omer Lepreuxstraat: lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … in keramiektegels, granito, hout- en smeedijzerwerk; in het recentste gedeelte, naar de Sint-Agatha-Berchemselaan: zichtbaar beton, gechromeerd metaal, geglazuurde geveltegels en kleurloos gevernist hout. Grote betonnen trap, verlicht door een glaspartij in de hoek. Kantoor van de prefect met geverniste houten lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … met ingebouwde kasten. Eén glas-in-loodraam illustreert de wetenschapsdisciplines, een ander geeft het wapen van de provincie Brabant weer.



Bronnen

Publicaties en studies
MEULEMANS, S., De school als totaalkunstwerk: Het œuvre van Henri Jacobs (1864-1935) in het Brusselse (licentiaatsthesis in de kunstgeschiedenis), Katholieke Universiteit Leuven, 1995.

PIRLOT, A.-M., Koekelberg à la carte, MBHG, Brussel, 2013.
ROCHETTE, D., L’Athénée royal de Koekelberg 1932-1982, Koekelberg, 1982.
STEPMAN, C., VERNIERS, L., Koekelberg dans le cadre de la région nord-ouest de Bruxelles, De Boeck, Brussel, 1966.
SUTTER, D., Koekelberg. Au fil du temps… Au cœur des rues…, Drukker, Parijs, 2012.

Persartikels
JURION-DE WAHA, F., "Henri Jacobs: scholenbouwer", 
Erfgoed Brussel, 1, november 2011, pp. 26-35.
JURION-DE WAHA, F., "Le petit monde de l’architecte Henri Jacobs, 1864-1935: au cœur de l’Art nouveau à Bruxelles", Annales de la Société royale d’Archéologie de Bruxelles, 71, 2012-2013, pp. 219-223.