Typologie(ën)
herenhuis
Ontwerper(s)
T. VAN BAMBEKE – 1873
Stijlen
Neoclassicisme
Inventaris(sen)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 31686
Beschrijving
Herenhuis van het enkelhuistype, met
neoclassicistische inslag, naar ontwerp van architect T. Van Bambeke van 1873.
Vier bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedak (leien). Lijstgevel van natuur- en hardsteen, met horizontale geleding. Begane grond met geblokte posten, vlak omlijste rechthoekige vensters en linker inrijpoort met voluutsleutel ; bewerkte houten vleugeldeur. Rechthoekige bovenvensters met geriemde omlijsting en doorgetrokken lekdrempels. Op de beletage, balkon op zware consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. in de twee middentraveeën, doorlopende balustradeHekwerk van spijlen of balusters., cartouchesleutels en entablementenHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles.. Bijkomende orenUitstekend deel van sommige bouwelementen of -constructies, meestal louter decoratief., voluutsleutels, respectievelijk gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. Franse balkonsBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt., en bewerkte borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de bovenste twee verdieping. Klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met panelen en uitgelengde consoles ; dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening..
Vier bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedak (leien). Lijstgevel van natuur- en hardsteen, met horizontale geleding. Begane grond met geblokte posten, vlak omlijste rechthoekige vensters en linker inrijpoort met voluutsleutel ; bewerkte houten vleugeldeur. Rechthoekige bovenvensters met geriemde omlijsting en doorgetrokken lekdrempels. Op de beletage, balkon op zware consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. in de twee middentraveeën, doorlopende balustradeHekwerk van spijlen of balusters., cartouchesleutels en entablementenHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles.. Bijkomende orenUitstekend deel van sommige bouwelementen of -constructies, meestal louter decoratief., voluutsleutels, respectievelijk gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. Franse balkonsBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt., en bewerkte borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de bovenste twee verdieping. Klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met panelen en uitgelengde consoles ; dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening..
Bronnen
Archieven
SAB/OW 6039 (1873).