Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Ed. CAREELSarchitect1911

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Beaux-Artsstijl
Neo-Lodewijk XVI

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2012-2013

id

Urban : 22138
lees meer

Beschrijving

Twee oorspronkelijk identieke burgerhuizen in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk. met invloed van de Lodewijk XVI-stijl en met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., ontworpen i.o.v. eenzelfde eigenaar samen met een thans verbouwd herenhuis (nr. 145), n.o.v. architect Edward Careels, provinciearchitect uit LierGekoppeld aan de motor, een mechanisch apparaat dat de kabels van de cabine en het tegengewicht aandrijft op een trommel of tractieschijf. , i.o.v. M. Denis, artilleriecommandant, 1911.

Nr. 143 en 147 sluiten en beginnen respectievelijk huizenrijen uit 1910-1911, de eerste beginnend op nr. 131-131a, de tweede eindigend op nr. 153.

Witstenen gevels van drie bouwlagen; mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met vleugelstukken en boogvormige kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). geflankeerd door œils-de-bœuf; nr. 143 op latere datum met één bouwlaag verhoogd, met hergebruik van de centrale dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Bow-windowErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte. bekroond door een terras met balustradeHekwerk van spijlen of balusters., op nr. 143 gewijzigd in een hek, op nr. 147 met vervangen balustersVaasvormige spijl van een borstwering.. Decor van guirlandes. Beglaasde smeedijzeren deuren, op nr. 147 als inrijpoort. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met roedeverdeling in bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden., op de hogere verdiepingen vervangen naar oorspronkelijk ontwerp op nr. 143. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op nr. 147 bewaard.

In de drie woningen, centraal trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. onder daklicht, aangevuld met een secundaire trap achteraan.

Bronnen

Archieven
GAS/DS 164-143-145-147.