Typologie(ën)

herenhuis

Ontwerper(s)

Adrien BLOMMEarchitect1910

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 33844
lees meer

Beschrijving

Beeldbepalend hoekgebouw (Bischoffsheimlaan nr. 37) in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk., opgetrokken als herenhuis waarvoor bouwaanvraag van 1910 en ontwerp door architect Adrien Blomme (cf. opschrift hoektravee). 

Bak- en natuursteenbouw op hoge sokkel met keldergaten; drie bouwlagen gemarkeerd door kordons, verbonden druiplijsten en lekdrempels, onder mansardebedaking (leien) met œil-de-bœufs en dakvensters onder booglijst. HoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. op de begane grond afgeschuind, op de bovenverdiepingen kwartrond uitgebouwd onder koepelbedaking met spitsbekroning: respectievelijk schouderboogvensters, dito en rechthoekige drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere.; borstweringen, boogveldenEen vlak omsloten door de binnenbegrenzing van een boog en de horizontale lijn die de aanzetten verbindt; meestal boven muuropeningen en soms versierd (beeldhouwwerk, blinde traceringen, cementtegels, …). en sluitstenen met decoratieve bladwerk- en cartoucheversiering. 

Straatgevels van drie en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met risalietvorming en sporadisch panelendecor; zelfde venstervormen op de eerste twee bouwlagen, rondboogvensters in rechthoekige omlijsting op de bovenste bouwlaag; verder ijzeren leuningen, balusterleuningen en -balkons, spiegelvorming door de uitgelengde drempelconsoles, fraai smeedijzerwerk voor de venstertralies beneden en in de rondboogpoort aan de Van Orleystraat. 

Achtergevel aan binnentuin, deels zichtbaar achter door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. geritmeerde afsluitingsmuur: driezijdige uitbouw met smalle rondbooglichten voor trappenhuis; rechts vlakke gevelpartij met brede rechthoekige deurvensters boven rotondevormige benedenbouw onder hekbekroning.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 2280 (1910-1911).