Typologie(ën)

woning of opbrengsthuis (onbepaald)
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

INCONNU - ONBEKEND1690-1710

INCONNU - ONBEKEND1750-1775

Félix JANLETarchitect1863

INCONNU - ONBEKEND1897

Stijlen

Classicerende barok
Classicisme
Neoclassicisme

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Archeologisch
  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

id

Urban : 37914
lees meer

Beschrijving

Breedhuis met vier bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. In kern vermoedelijk een vroeger diephuis in classicerende barok, uit eind 17e – begin 18e eeuw, cf. ordonnantie van de eerste twee verdiepingen. In classicistische stijl aangepast en verhoogd met een bijkomende verdieping in ca. 1775. Mansarde n.o.v. architect F. Janlet, 1863, dat tevens voorzag in een allicht niet uitgevoerd stucdecor.

Bepleisterde en beschilderde gevel. Eerste twee verdiepingen geritmeerd door kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met sokkel, geprofileerde basis en voorheen Korinthisch kapiteel, afgewerkt met een gelede architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden.. Toegevoegde lagere bovenste verdieping geritmeerd door vlakke rechthoekige lisenenDecoratieve, uitspringende, verticale geleding, vaak met andere liseen verbonden door boog(fries).. Rechthoekige vensters met lekdrempel. Doorlopend  balkon met markante smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in Lodewijk XVI-stijl met geschakelde ringen (ca. 1775) boven de pui. Klassiek hoofdgestel en dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. (1863). Eertijds Lodewijk XVI-pui: rondbogen met sluitsteen en uitstraling, balkonconsoles met stafwerkOrnament, bestaande uit een pijp-, riet- of koordvormige vulling van cannelures tot op een derde van hun hoogte. en drop. Huidige winkelpui van 1897; smeedijzeren uithangbord.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 15467 (1863, 1897), 25720.

Websites
BALat KIK-IRPA