Typologie(ën)

opbrengsthuis

Ontwerper(s)

A. CAPRONNIER1875-1876

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30874
lees meer

Beschrijving

Op hoek met Taborastraat. MonumentaalZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. opbrengsthuis in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl met neoclassicistischeArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. inslag, vermoedelijk n.o.v. architect A. Capronnier, 1875-1876.

 Vijf bouwlagen, de tweede als tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen., en twee + vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. gevel met rijk stucdecor, licht afwijkend van ontwerp in vensterordonnantie en dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.; vervangen onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. in pseudo-vakwerkbouw oplopend tot halverwege de tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen.. Oorspronkelijk winkelpui + tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. en afgeschuindeSchuine vlakke kant aan een houten of stenen bouwonderdeel. hoekingang tussen geblokte pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., belijnd door gevelbreed balkon.
Middelste bouwlagen belijnd door schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. en entablementenHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles., hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. gemarkeerd door kolossaleZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. Corinthische pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.; rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in verticaal oplopende omlijstingen met stafwerkfriezen, balkons met balustradeHekwerk van spijlen of balusters. in hoek-, met ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in Taborastraat; trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. in linker traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) afleesbaar uit afwijkende ordonnantie en decor. Vierde bouwlaag als attiekMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt., belijnd met platte banden over pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en vensteromlijstingen, gevelbrede ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.. DakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening., driehoekig of gebogen.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 742-744 (1875-1876).