Typologie(ën)
kantoorgebouw
Ontwerper(s)
HERPAIN – aannemer, bouwpromotor / vastgoedontwikkelaar – 1998
SAMYN & ASSOCIÉS – architectenbureau – 1992-1998
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Hightech
Inventaris(sen)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Technisch Onder de technische waarde van een onroerend goed kan men het vroeg gebruik van een bepaald materiaal of een bepaalde techniek verstaan (> engineering), ook gebouwen met een constructief of technologisch belang, een technisch hoogstandje of een technologische innovatie kunnen in aanmerking komen. Het kan eveneens industrieel-archeologisch waardevol worden begrepen zoals getuigenissen van verouderde bouwmethodes. Vanzelfsprekend dringt een koppeling zich aan mbt een wetenschappelijke waarde.
- Stedenbouwkundig Sommige bouwkundige goederen spelen, meer dan andere bouwkundige goederen, een prominente rol in de planmatige inrichting van de bebouwde ruimte in het verleden. Meestal determineren zijn andere stedenbouwkundige (plan)vormen zodat er zich een wisselwerking voortdoet tussen bebouwde en niet-bebouwde (of open) ruimte. Die inrichting omvat ook de samenhang tussen verschillende schaalniveaus. Een onroerend goed heeft stedenbouwkundige waarde wanneer het hierin een rol speelt, bijvoorbeeld hoekgebouwen, coherente pleinen of (straatwanden), deskundig ingeplante torens (hoogbouw) en hun relatie tot hun onmiddellijke kwaliteitsvolle omgeving die coherent kan zijn, maar ook contrastrijk, maar ook relicten van stedenbouwkundige concepten en hoe deze architecturaal (en typologisch) zijn of werden ingevuld, zoals bijvoorbeeld de nog bewaarde eclectische stadspaleizen en/of herenhuizen in de Leopoldswijk.
Onderzoek en redactie
2023
id
Urban : 40210
Beschrijving
Kantoorgebouw naar een ontwerp van ingenieur-architect Philippe Samyn & associés, 1992-1998, gelegen langs het Jubelpark, op de hoek gevormd door de Michelangelolaan met de Kortenberglaan. Het project hield eveneens de gevelrestauratie van drie burgerwoningen in neoclassicistische stijl uit 1895 in (zie Michel Angelolaan nr. 82, 84 en 86) en de inrichting van de omliggende openbare ruimten, alsook de ontmanteling en heropbouw van twee gevels uit 1896 in dezelfde Michelangelolaan.
Functioneel kantoorgebouw met acht bouwlagen. Hybride structuur bestaande uit beton, waarop een (gebogen) ijzerstructuur met houten (wegneembare) spanten ter hoogte van de technische verdieping. De schil van het gebouw bestaat uit een asymmetrisch gebogen en lichte glasvliesgevel, opgehangen aan de structuur. Deze ‘huid’ bestaat uit horizontale rijen van afwisselend panelen (zonder kader) van helder glas en geëmailleerde witte glazen hoofdbanden, m.a.w. een delicaat palet van zachte nuances door verschillende soorten glas. Innoverend is dat deze glaspanelen verlijmd zijn op hun kader en gevoegd zijn met een platvolle dichtingskit, waardoor er geen regenwater kan blijven staan in de raamprofielen. Het horizontale karakter van de gevels wordt versterkt door gegalvaniseerde stalen loopbruggen die voor schaduw zorgen en het reinigen van de gevel mogelijk maken.
De opmerkelijke kromming van de gevels zorgt voor een vermindering van lichtreflectie, terwijl de bolle vorm een minimale schaduw werpt op de tegenoverliggende woningen.
Functioneel kantoorgebouw met acht bouwlagen. Hybride structuur bestaande uit beton, waarop een (gebogen) ijzerstructuur met houten (wegneembare) spanten ter hoogte van de technische verdieping. De schil van het gebouw bestaat uit een asymmetrisch gebogen en lichte glasvliesgevel, opgehangen aan de structuur. Deze ‘huid’ bestaat uit horizontale rijen van afwisselend panelen (zonder kader) van helder glas en geëmailleerde witte glazen hoofdbanden, m.a.w. een delicaat palet van zachte nuances door verschillende soorten glas. Innoverend is dat deze glaspanelen verlijmd zijn op hun kader en gevoegd zijn met een platvolle dichtingskit, waardoor er geen regenwater kan blijven staan in de raamprofielen. Het horizontale karakter van de gevels wordt versterkt door gegalvaniseerde stalen loopbruggen die voor schaduw zorgen en het reinigen van de gevel mogelijk maken.
De opmerkelijke kromming van de gevels zorgt voor een vermindering van lichtreflectie, terwijl de bolle vorm een minimale schaduw werpt op de tegenoverliggende woningen.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 95303 (1992), 105560 (1993-1998).
Tijdschriften
Norman, A., Philippe Samyn, un architecte
sur les chemins de traverse in Les
Nouvelles du Patrimoine, 166, 2021, pp. 43-46.