Typologie(ën)
Spoorwegerfgoed
Ontwerper(s)
Constant BOSMANS – architect – 1900-1910
Henri VANDEVELD – architect – 1900-1910
Frédéric BRUNEEL – ingenieur-architect – 1900-1910
Jules ZONE – ingenieur – 1900-1910
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Inventaris(sen)
- Inventaris van de stationsgebouwen in Brussel (Thierry Demey)
- Het monumentale erfgoed van België. Brussel Uitbreding Noord (Apeb - 2016-2018)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem), authenticiteit (idem + de kwaliteit van de uitvoering) en integriteit (bewaringstoestand, oorspronkelijke elementen)). Een goed bevat ook artistieke waarde als het kunstwerken omvat (beeldhouwwerken, reliëfs ontworpen voor het goed, enz.) of decoratieve elementen uit de oorspronkelijke bouwperiode of met bijzondere kwaliteit (gesigneerd glasramen, sgraffito, lichtbeuk, enz.).
- Esthetisch Historisch gezien werd die waarde aangewend om waardevolle groene ruimten en natuurlijke of halfnatuurlijke gebieden aan te duiden. De waarde kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Een afweging met andere waarden dringt zich tevens op: de artistieke, de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en de stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen). De volgende selectiecriteria worden er eveneens aan gekoppeld: de ensemblewaarde en de contextuele waarde.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde : - als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente; - of als getuigenis van een periode en/of een zeldzame ontwikkeling van een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; de Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; - of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale lanen of in de Leopoldswijk); - of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur – met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (bv. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte); - of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (bv. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, de Congreskolom); - of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken); - of als het representatief is van het oeuvre van een belangrijke architect in de architectuurgeschiedenis op internationaal, nationaal, regionaal of lokaal niveau (dit betreft zowel befaamde architecten als V. Horta, V. Bourgeois, M. Polak als secundaire architecten, die lokaal verbonden worden aan een gemeente zoals Fernand Lefever in Koekelberg of Emile Hoebeke in Sint-Agatha-Berchem).
Onderzoek en redactie
id
Beschrijving
Ook wel dienststation of La Chapelle genoemd, leidde het rangeerstation de treinen naar de verschillende perrons. Het ontving goederen- en pakketkonvooien die door bedrijven of particulieren aan de spoorwegen waren toevertrouwd en die niet per volledige wagon konden worden verzonden. Nadat de pakketten waren uitgeladen, werden ze gesorteerd voordat ze aan de bezorgers werden overgedragen. Het gebouw ligt in puin sinds het door brand werd verwoest, rond 1994-1998.
Uit dezelfde periode daterend als het goederenstation, en ongetwijfeld al vlug westwaarts uitgebreid, ondiep gebouw van één bouwlaag in baksteen en hardsteen, onder leien daken. Het oostelijke deel bestaat uit twee haaks op elkaar staande volumes versierd met kettingen en kordonbanden en bekroond door zadeldakenDak met twee hellende dakvlakken., vroeger bekleed met leien, met uitspringende puntgevelsGevel waarvan de top driehoekig is..
Westelijk volume met twee identieke, lichtjes uitspringende gevels; groot vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met dubbel kruisraam en raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met ijzeren roedeverdelingDunne houten of metalen staaf in een kozijn waarin glasruiten worden bevestigd., onder een drieledige arcatuur waarvan de centrale arcadeEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn. naar de geveltop loopt en daar een zoldervenster omsluit. De bakstenen timpanenMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. zijn versierd met kleine blauwe keramiektegels die vlechtwerkDecoratieve stilering van gevlochten werk, in het bijzonder van banden, koorden,… evoceren. De schouderstukken van de puntgevelsGevel waarvan de top driehoekig is. hebben een art-nouveauprofiel, en hun topstuk met vleugelstukkenZijstuk, veelal in voluutvorm, van een topgevel, dakkapel of dakvenster. met volutes mondt uit in een obeliskMonolithische pijler, naar boven toe smaller en bekroond met piramidale punt.. Dit volume heeft aan elke zijde vier venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met dubbel houten kruisraam met ijzeren roedeverdelingDunne houten of metalen staaf in een kozijn waarin glasruiten worden bevestigd., elk gevat in een korfboogarcade met doorlopende archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog.. De timpanenMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. zijn identiek aan de vorige. Op de stenen klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop. met art-nouveauprofiel rust een fijne houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Slechts één schoorsteenpijpHet boven het metselwerk of dak uitstekende deel van een schoorsteen. heeft de brand overleefd. Tegen de puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. is een klein portaal1. In muur uitgespaarde ruimte voor een deur of toegang; - 2. Meer gesloten, voor of achter een gebouw geplaatste beschutting (voorbouw, vestibule). onder drie leien vlakken aangebouwd, voorzien van een deur met tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt. tussen twee smalle venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. De puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is., waarvan het vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. aansluit bij de venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. van de gootmuren, is verwant met de aanpalende gevel maar wordt bekroond door een aediculaVersieringsmotief, ontleend aan de klassieke bouwkunst, vormt samenstel van pijlers en een klassieke bekroning. met vleugelstukkenZijstuk, veelal in voluutvorm, van een topgevel, dakkapel of dakvenster. en een gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening..
Het oostelijke deel van het station is met soortgelijke banden versierd en bevat twee volumes op eenzelfde aslijn. Het eerste volume heeft aan de zuidkant twee deuren met tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt. aan weerszijden van een kruisraam. Rechts, twee groepen van vier smalle muuropeningen die worden hernomen op de noordgevel, links van een deur met tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt.. Het zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. werd doorbroken door twee schoorsteenpijpenHet boven het metselwerk of dak uitstekende deel van een schoorsteen., de ene dienend als topstuk voor de uitspringende puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is.. Het tweede volume, minder diep en bekroond door een schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde. met dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap., is op de zijgevel toegankelijk via een deur met tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt. en wordt enkel aan de zuidkant verlicht, door drie kruisvenstersVenster, door een moneel en een tussendorpel in vier vlakken verdeeld..
Bronnen
Archieven
Archief van de Stichting CIVA
Publicaties en studies
CULOT, M. [o.l.v.], Bruxelles Hors Pentagone. Inventaire visuel de l'architecture industrielle à Bruxelles, AAM, Bruxelles, 1980, fiche 3.
KERREMANS, R., Tour et Taxis, coll. Bruxelles, Ville d’Art et d’Histoire, 55, Bruxelles Développement urbain, Bruxelles, 2017, p. 26.
VANDERHULST, G., Tour et Taxis. Un quartier en mouvement? A district in motion. Een wijk in beweging, Project T&T, 2005, p. 58.
VANDERHULST, G., Relevé de l’état physique et de la valeur patrimoniale d’immeubles situés sur le site de Tour & Taxis et ses alentours – Rapport, mars 2011, pp. 32-33.









