Voormalig huis, met atelier, van de schilder Xavier Mellery (1845-1921)
Mellerystraat 78
Typologie(ën)
Ontwerper(s)
Oscar SIMON – architect – 1897
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Inventaris(sen)
- Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem), authenticiteit (idem + de kwaliteit van de uitvoering) en integriteit (bewaringstoestand, oorspronkelijke elementen)). Een goed bevat ook artistieke waarde als het kunstwerken omvat (beeldhouwwerken, reliëfs ontworpen voor het goed, enz.) of decoratieve elementen uit de oorspronkelijke bouwperiode of met bijzondere kwaliteit (gesigneerd glasramen, sgraffito, lichtbeuk, enz.).
- Esthetisch Historisch gezien werd die waarde aangewend om waardevolle groene ruimten en natuurlijke of halfnatuurlijke gebieden aan te duiden. De waarde kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Een afweging met andere waarden dringt zich tevens op: de artistieke, de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en de stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen). De volgende selectiecriteria worden er eveneens aan gekoppeld: de ensemblewaarde en de contextuele waarde.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde : - als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente; - of als getuigenis van een periode en/of een zeldzame ontwikkeling van een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; de Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; - of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale lanen of in de Leopoldswijk); - of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur – met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (bv. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte); - of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (bv. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, de Congreskolom); - of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken); - of als het representatief is van het oeuvre van een belangrijke architect in de architectuurgeschiedenis op internationaal, nationaal, regionaal of lokaal niveau (dit betreft zowel befaamde architecten als V. Horta, V. Bourgeois, M. Polak als secundaire architecten, die lokaal verbonden worden aan een gemeente zoals Fernand Lefever in Koekelberg of Emile Hoebeke in Sint-Agatha-Berchem).
Onderzoek en redactie
id
Beschrijving
Geschiedenis
In 1845 werd Xavier Mellery geboren in het ouderlijke huis aan de toenmalige weg van Brussel naar Temse. In de jaren 1860 volgde Mellery de lessen schilderen aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten van Brussel, voordat hij in 1870 de Prix de Rome kreeg. In 1879 liet Mellery een schildersatelier bouwen in de tuin van het familie-eigendom. In 1897 werd, in het kader van een door Leopold II voorgesteld project om een nieuwe wijk te ontwikkelen in de enclave gevormd door de Wijngaardenstraat en de toekomstige Mellerystraat, een deel van het eigendom onteigend voor de aanleg van de rue des Églantines. Die straat werd echter niet uitgevoerd, en het geplande uiteinde ervan werd vervangen door een gebogen uiteinde van de Wijngaardenstraat. Het huis en het atelier van Mellery werden gesloopt en, op een terrein dat de schilder van de Civiele Lijst verwierf, vervangen door een nieuwe woning aan straatzijde, ontworpen in juli 1897 door architect Oscar Simon, met rechts een atelier en een omheiningsmuur. Net als het vorige huis was het in neoclassicistischeArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. stijl. In 1901 liet Mellery een muur bouwen als afsluiting van een klein driehoekig terrein dat was aangehecht bij zijn eigendom aan de Wijngaardenstraat. Een jaar later doopte de gemeente het weggedeelte tussen het Onze-Lieve-Vrouwvoorplein en de Wijngaardenstraat die ondertussen de naam Paleizenstraat had gekregen, om tot Mellerystraat; ondanks het protest van de kunstenaar. Mellery overleed in 1921 en werd op het nabijgelegen kerkhof van Laken bijgezet. Het was zijn schoondochter, Lucy Baldauf (genaamd Mellery), met wie hij samenwoonde en die eveneens kunstenares was, die het huis erfde en er tot aan haar dood in 1946 bleef wonen. In 1932 liet ze de straatgevel van het atelier wijzigen. Het atelier werd gesloopt in 1971.
Beschrijving
Gelegen op een driehoekig perceel, huis van twee bouwlagen, onder een afgewolfdZadeldak waarvan de nok niet tot de geveleinden doorloopt, maar met korte driehoekige eindschilden (wolfeinden) wordt afgewolfd. zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. gevels, de hoofdgevel met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren.. Rechthoekige stenen sierdeksels. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). bewaard.
Straatgevel van vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met toegangsdeur op de derde. Centraal balkon met postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering., gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. traliewerk en handlijstGeprofileerde lijst op een borstwering of tegen een muur bevestigd, waaraan men zich met de hand kan vastgrijpen., voor twee glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. met geprofileerde omlijsting en onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles.. Grote houten dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. die het tussen 1971 en 1975 verdwenen zolderatelier verlichtte. Oorspronkelijk schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... ; venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de benedenverdieping met rolluiken.
Zijgevels met veelhoekige geveltop, opengewerktOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. met drie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. aan de noordkant en twee aan de zuidkant. Op de verdieping van de noordgevel, muurvak met imitatievoegen afgeboord door een verlenging van de gladde lijsten van de hoofdgevel. Twee schoorsteenkokers op de zuidgevel. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. vervangen.
Achtergevel van twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de linker opengewerktOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. met een drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. met centrale ingang op de benedenverdieping en een glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. met Frans balkonBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. op de verdieping, de rechter met een brede glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. onder twee gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. op de verdieping bewaard.
Oorspronkelijk waren een galerijOverdekte gang, aan één of beide zijden geritmeerd door zuilen, kolommen of pijlers, bogengang genoemd indien geritmeerd door arcaden. van één bouwlaag, onder een lessenaarsdakDak bestaande uit één hellend dakvlak. met daklicht, en een atelier achteraan, van anderhalve bouwlaag onder een tentdakDak met vier dakvlakken die in één punt samenkomen (tentdak); onttopt tot een vierzijdig plat dak vormt het een paviljoendak. met dakterras, tegen de noordmuur van het huis aangebouwd.
GalerijOverdekte gang, aan één of beide zijden geritmeerd door zuilen, kolommen of pijlers, bogengang genoemd indien geritmeerd door arcaden. met blindeZonder opening; blind venster, schijnopening. gevel met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., bovenaan versierd met een paneel1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. en opengewerktOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. met een langwerpig keldervenster onder I-balkIJzeren latei met I-profiel., waarlangs de schilderijen uit het atelier werden gehaald. In 1932 werd het paneel1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. door twee venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. vervangen en werd het daklicht verwijderd. In 1971 werd enkel het onderste gedeelte van de gevel behouden en werden de venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. gedicht.
Bijna vierkant atelier met gevels met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., de achtergevel blindZonder opening; blind venster, schijnopening. en versierd met een paneel1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting., de noordgevel opengewerktOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. met een deur bekroond door een grote glaspartij. Aan deze zijde was er een daklicht.
Binnen lagen de salon en de eetkamer oorspronkelijk achter de linkertraveeën op de benedenverdieping, terwijl de ingang aan de rechterzijde werd geflankeerd door een ontvangstkamer, gevolgd door een vierkant trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. en een rooksalon dat rechts door een gang en een toilet werd geflankeerd. De ontvangstkamer stond rechtstreeks in verbinding met de zijgalerij, terwijl het atelier vooraan via de galerijOverdekte gang, aan één of beide zijden geritmeerd door zuilen, kolommen of pijlers, bogengang genoemd indien geritmeerd door arcaden. en achteraan via de gang van het rooksalon toegankelijk was. In de zolderruimte van het huis was een tweede atelier ingericht.
Driehoekige tuin met, op de hoek van de twee straten, een afgeschuindeSchuine vlakke kant aan een houten of stenen bouwonderdeel. hoek met een ingang. Bakstenen afsluiting met pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…), thans wit geschilderd aan de Mellerystraat. Links van het huis, omheiningsmuur en binnenplaats verbouwd tot garage in 1971.
Bronnen
Archieven
SAB/PP 3438 (na 1897).
SAB/OW Laken 3201 (1879), Laken 1538 (1897), Laken 5581 (1901), 40178 (1932), 82250 (1971).
Publicaties en studies
VAN SANTVOORT, L., Het 19de-eeuwse kunstenaarsatelier in Brussel (doctoraatsthesis, afdeling Kunstgeschiedenis en Archeologie), VUB, Brussel, 1995-1996, 1897/3.
Tijdschriften
VAN SANTVOORT, L., “Kunstenaar Xavier Mellery”, in: Omtrent het Onze-Lieve-Vrouwvoorplein in Laken, Koning Boudewijnstichting, Gemeentekrediet, 1995, p. 46.
HOUBART-WILKIN, S., “La maison du peintre Xavier Mellery”, in: Bulletin van de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, 13, 1964, pp. 27-42.