Typologie(ën)

opbrengsthuis
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

Charles THOMISSEarchitect1923

Stijlen

Eclectisme

Onderzoek en redactie

2016-2017

id

Urban : 37684
lees meer

Beschrijving

Opbrengstgebouw in eclectische stijl met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. en met commerciële benedenverdieping, n.o.v. architect Charles Thomisse, 1923.

Bakstenen gevel met elementen in witsteen en hardsteen. Verbouwde pui, oorspronkelijk met centrale toegang en bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met roedeverdeling. Op de verdiepingen, inspringende venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., in de bovenste bouwlagen gevat in een arcade. Op de eerste verdieping, balkon met balustradeHekwerk van spijlen of balusters., op de tweede, balkon met stenen borstwering met smeedijzeren traliewerk, en op de laatste, boogvormig balkon op één consoleVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Mansardedak opengewerkt met een gemetselde dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met vleugelstukken en trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer., en met een houten dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Kroonlijsten bewaard. Schrijnwerk vervangen.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 50481 (1923).