Onderzoek en redactie
Bekijk de weerhouden gebouwen
Het Emile
Bockstaelplein is een
uitgestrekt vierkant plein gelegen op de kruising van diverse verkeersaders. De Leopold I-straat loopt erlangs aan de noordkant en de Emile
Bockstaellaan aan de oostkant. Aan deze kant monden
de Stefaniastraat en de Maria-Christinastraat uit, terwijl aan de zuidkant de
Tielemansstraat uitmondt en in het zuidwesten de Laneaustraat begint. Onder het plein lopen de sporen van de westelijke ringspoorlijn, die zich
in westelijke of oostelijke richting in tweeën splitsen naar de lijn
Brussel-Gent.
Net als de
gelijknamige laan werd het plein aangelegd bij de K.B.’s van 18.02.1899
en 05.10.1900. Met het oog op de aanleg van deze esplanade van een hectare
waarop het gemeentehuis moest komen, werd
de spoorweg in 1905 overwelfd met een bovenbouw van gewapend beton, naar een
ontwerp van de burgerlijke ingenieurs Perraud en Dumas uit 1904 en uitgevoerd
door Armand Blaton, die zodoende een viaduct van ongeveer 4200 vierkante meter
vormt. Aan drie zijden van het plein werden borstweringen in bakstenen en
hardsteen geplaatst; die aan de oostkant, met een balustrade en lantaarnpalen,
is thans verdwenen.
Oorspronkelijk heette het
plein Gemeentehuisplein of Gemeenteplaats. Het kreeg zijn definitieve naam bij
besluit van het College van de Stad Brussel van 23.02.1923, als eerbetoon aan burgerlijk
ingenieur Emile Eloi Bockstael (1838-1920), die van 1877 tot 1920 burgemeester
was. Hij was een groot pleitbezorger van de stedenbouwkundige projecten van
koning Leopold II en droeg in grote mate bij tot de modernisering van Laken.
Bij besluit van 05.10.1900 was
voor het gemeentehuis (zie nr.244-246a Emile Bockstaellaan) een locatie in
het midden van het plein goedgekeurd, in de aslijn van de
Maria-Christinastraat. Onder druk van Leopold II werd uiteindelijk
gekozen voor de huidige locatie, aan de zuidkant van het plein. In 1906
schreef de gemeente voor het ontwerp van het gebouw een wedstrijd uit, die het
jaar daarop door de architecten
Paul Bonduelle en Charley Gilson werd
gewonnen. De eerste steen van dit gebouw in neorenaissancestijl
werd op 06.10.1907 gelegd, en het gemeentehuis werd in 1912 in dienst genomen.
Voor de afwerking ervan, met name wat de decoratie betreft, was het echter
wachten tot begin jaren 1920.
Kort na de aanleg van het
plein werd aan het uiteinde van de Stefaniastraat en de Maria-Christinastraat
een veelhoekige kiosk onder koepel gebouwd, die vóór 1930 verdween. In 1963
werd aan de oostkant van het plein een grote dekplaat boven de spoorweg geplaatst
met het oog op de bouw van een supermarkt achter een parkeerterrein. In 1982 werd
onder het plein het metrostation Bockstael geopend, dat zich onder de
gelijknamige laan uitstrekt tot aan de Kroonveldstraat, waar het op het
spoorwegstation Bockstael aansluit. Het plein werd bij die gelegenheid heringericht. Voor het
oude gemeentehuis werden twee grote waterpartijen aangelegd.
In 1910 was het ontwerp van de
gebouwen die rond het plein zouden komen het voorwerp van een wedstrijd die de
gemeente uitschreef om architecten, kunstenaars en bouwerondernemingen ertoe
aan te zetten gevels te ontwerpen die harmonieus aansloten bij die van het
nieuwe gemeentehuis. Onder de gemeentelijke bouwterreinen
vermelden we de hoekpercelen van het westelijke deel van het plein –
Laneaustraat nr. 1-3 en Leopold I-straat nr. 104-106 – alsook die van het
zuidelijke deel van de toekomstige Strijderssquare – nr.1–Bockstaellaan
207-209 en 4-5 (zie deze nummers). Van deze vier
percelen werd echter enkel nr.1 Strijderssquare-207-209 Bockstaellaan nog
vóór de Eerste Wereldoorlog gebouwd, door architect Charles Thomisse, in
eclectische stijl. De overige huizen, net als de rest van het
westelijke deel van het plein, kwamen pas in de loop van jaren 1920 tot stand,
in dezelfde stijl en de meeste ook van de hand van Thomisse (zie nr.3 tot 6). Deze opbrengstgebouwen
met commerciële benedenverdieping vormen een bijzonder homogene huizenrij.
Bronnen
Archieven
SAB/AR straten, doos 20-24, cote 20, nr.4 (23.02.1923).
SAB/IP II 684 (1903-1912).
SAB/PP 3374 (ca. 1900), 3401 (1904), 3402 (ca. 1905), 3444 (1903), 3674 (1904).
SAB/OW 67126 (1904), 84220 (1961-1963), 82434 (1963), 93006 (1977), 93031 (1978).
“Concours pour la construction de Façades à ériger Place Communale et ses abords”, Séance du Conseil communal du 18.02.1910, kol. 421-422.
Publicaties en studies
DE ROOSE, F., Les fontaines de Bruxelles, Racine, Brussel, 1999, p. 110.
VAN KRIEKINGE, D., Essai de toponymie laekenoise, Laken, 1995, s. p.
VAN NIEUWENHUYSEN, P., Toponymie van Laken (doctoraatsverhandeling in de Germaanse Filologie), UCL, Louvain-la-Neuve, 1998, pp. 788-789.
“Concours pour la construction de façades à ériger Place Communale et ses abords”, L’Emulation, 1910, p. 62.