Typologie(ën)
burgerwoning
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1921
Stijlen
Eclectisme
Art deco
Inventaris(sen)
- Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 35904
Beschrijving
Geheel van vier
burgerhuizen in eclectische stijl met art-deco-invloeden, 1921.
Gebouwen van drie bouwlagen, met identieke gevels twee aan twee, de laterale volgens spiegelbeeldschema. Gevels in gevlamde baksteen, versierd met bepleisterde vlakken en elementen in Euvillesteen, thans beschilderd. Decor van bakstenen op de borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Traliewerk van de voortuintjes ontworpen in 1923, dat aan de straat verwijderd.
Op nr.12 en 18, deur met stenen omlijsting met getrapte bekroning en volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer., onderbroken door een ovale oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster. met archivolt, eveneens met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer.. Symmetrische verdiepingen, de eerste met twee smalle, tweezijdige erkers rustend op één consoleVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief., verbonden door een Frans balkonBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. voor een glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat.; smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Drie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de lagere tweede verdieping. Op nr.18, garagepoort uit 1967. Kroonlijsten en raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. vervangen. Oorspronkelijke deuren met bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met geometrische roedeverdeling.
Op nr.14 en 16, opstand met asymmetrische compositie en traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met verspringende bouwlagen. Op de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel., trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. over twee bouwlagen, rustend op één consoleVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.; smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de eerste verdieping. Deur met stenen omlijsting, onder smalle venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. Kroonlijsten bewaard. Schrijnwerk vervangen.
Gebouwen van drie bouwlagen, met identieke gevels twee aan twee, de laterale volgens spiegelbeeldschema. Gevels in gevlamde baksteen, versierd met bepleisterde vlakken en elementen in Euvillesteen, thans beschilderd. Decor van bakstenen op de borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Traliewerk van de voortuintjes ontworpen in 1923, dat aan de straat verwijderd.
Op nr.12 en 18, deur met stenen omlijsting met getrapte bekroning en volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer., onderbroken door een ovale oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster. met archivolt, eveneens met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer.. Symmetrische verdiepingen, de eerste met twee smalle, tweezijdige erkers rustend op één consoleVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief., verbonden door een Frans balkonBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. voor een glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat.; smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Drie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de lagere tweede verdieping. Op nr.18, garagepoort uit 1967. Kroonlijsten en raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. vervangen. Oorspronkelijke deuren met bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met geometrische roedeverdeling.
Op nr.14 en 16, opstand met asymmetrische compositie en traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met verspringende bouwlagen. Op de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel., trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. over twee bouwlagen, rustend op één consoleVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.; smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de eerste verdieping. Deur met stenen omlijsting, onder smalle venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. Kroonlijsten bewaard. Schrijnwerk vervangen.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 42498 (1921), 53757 (1923); 18: 84309 (1967).
