Typologie(ën)
opslagplaats/loods
Ontwerper(s)
Félix GERIN – architect – 1904
Stijlen
Eclectisme
Inventaris(sen)
- Inventaris van het Industrieel Erfgoed (La Fonderie - 1993-1994)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Het monumentale erfgoed van België. Vorst (DPC-DCE - 2014-2020)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Wetenschappelijk
- Sociaal
- Technisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016-2019
id
Urban : 38808
Beschrijving
Voormalig
biermagazijn in eclectische stijl n.o.v. architect Felix Gerin, 1904.
Brede bakstenen gevel (thans beschilderd) met hardstenen elementen onder puntgevel. Opstand van vijf bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Getoogde of rondboogvormige muuropeningen, in de zijdelingse traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) vaak als deurvensters om de biertonnen binnen te hijsen. Muurdammen voorzien van kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. die eindigen in de topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. en samen een getrapte versiering vormen. Centraal oculusventer. Oorspronkelijke deur in eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder paneel, gelijkvloerse verdieping gewijzigd in een latere periode. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... en ijzeren borstweringen verdwenen. In 1989 grote verbouwingswerken tot appartementen.
Brede bakstenen gevel (thans beschilderd) met hardstenen elementen onder puntgevel. Opstand van vijf bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Getoogde of rondboogvormige muuropeningen, in de zijdelingse traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) vaak als deurvensters om de biertonnen binnen te hijsen. Muurdammen voorzien van kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. die eindigen in de topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. en samen een getrapte versiering vormen. Centraal oculusventer. Oorspronkelijke deur in eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder paneel, gelijkvloerse verdieping gewijzigd in een latere periode. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... en ijzeren borstweringen verdwenen. In 1989 grote verbouwingswerken tot appartementen.
Bronnen
Archieven
GAV-DS 3518 (1914), 18120 (1962), 20983 (1989),
26016 (2016), 26017 (2016).
Publicaties en studies
CULOT, M. [dir.], Forest. Inventaire visuel de
l'architecture industrielle à Bruxelles, AAM, Brussel, 1980-1982, fiche
3.
