Typologie(ën)

opbrengsthuis

Ontwerper(s)

J.-B. VORMEZEELEarchitect1913

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016, 2019

id

Urban : 36314
lees meer

Beschrijving

Opbrengstpand in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl, n.o.v. architect J.-B. Vormezeele, 1913.

Opstand van vier bouwlagen, de laatste als hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel., symmetrisch op de verdiepingen. Gevel in gele baksteen versierd met witsteen. Op de benedenverdieping, vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met dubbel kruiskozijn en een deur, verbouwd tot winkelpui in 1976. De eerste verdieping is thans in het wit geschilderd. Verdiepingen geflankeerd door kolossaleZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. gegroefde pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. die op het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. doorlopen in dubbele consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Op de eerste verdieping, bow-windowErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte. op brede lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker., met een borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met diamantkoppenPiramidaal ornament (3 of 4 zijden), onder andere gebruikt in banden en friezen. en raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met dubbel kruiskozijn (vervangen), bekroond door een terras met gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. voor drie glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. met lateiBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt. en ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast. met hoge sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. en doorlopende  archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog.; timpanenMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. versierd met sgraffitiSgraffito (Italiaans, van sgraffiare: krabben), decoratieve muurtechniek waarbij men een donkere pleisterlaag (doorgaans zwart, roetbruin of grijs) met een lichtgekleurde pleisterlaag bedekt; door de bovenste, nog niet verharde, laag weg te nemen volgens een vooraf bepaald grafisch ontwerp ontstaat een verdiepte tekening; de lichtgekleurde pleisterlaag kan bovendien gekleurd worden ‘al fresco’ (op de verse pleister) of ‘al secco’ (op de droge pleister).. Op het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel., zes per twee gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. kleine venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., het geheel belijnd door een attiekbalustradeMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt. met brede postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering. aan de zijkanten. Schrijnwerk vervangen.

Bronnen

Archieven
GAA/DS
 13722 (21.02.1913), 44988bis (29.12.1976).