Typologie(ën)
burgerwoning
Ontwerper(s)
Jean MAELSCHALCK – architect – 1899
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Eclectisme
Inventaris(sen)
- Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
- Inventaris van de Industriële Architectuur (AAM - 1980-1982)
- Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
- Inventaris van het Industrieel Erfgoed (La Fonderie - 1993-1994)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Het monumentale erfgoed van België. Koekelberg (DPC-DCE - 2020-2023)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente, of als bijzonder belangrijke ouderdom en zeldzame ontwikkeling voor een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; enz.), of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale boulevards of in de Leopoldswijk), of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur - met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (b.v. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte), of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (b.v. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, Congreskolom), of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken).
Onderzoek en redactie
2020-2022
id
Urban : 35704
Beschrijving
Opmerkelijke
asymmetrisch opgebouwde burgerwoning in eclectische stijl, naar ontwerp van architect Jean Maelschalck, gesigneerd
boven de lijst van de deur en het bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden., 1899.
Woning van J.-B. Gabriels, eigenaar van de industriële blikslagerij die tegelijkertijd door dezelfde architect is gebouwd op het aanpalend perceel. De fabriek maakte meer bepaald blikken voor de koekjes- en chocoladefabriek Victoria. Ze werd meermaals vergroot maar in de jaren 1990 gesloopt en vervangen door de huidige woningen.
Natuurstenen gevel met talrijke elementen in hardsteen waaronder de sokkel.. Getoogde muuropeningen op de benedenverdieping, met rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft. op de eerste verdieping en onder I-balkIJzeren latei met I-profiel. en ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast. op de tweede. HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. in de eerste twee bouwlagen voorzien van gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. muuropeningen. Op de verdiepingen: balkons van afnemende grootte, met gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. KlokgevelGevel waarvan de top klokvormig is. met oculusvenster en bovenaan een indrukwekkend topsieraad in de vorm van een kapelletje met gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.; drie akroteriaVersieringsmotief, op de hoek - in mindere mate op de top - van het hoofdgestel; vaak in de vorm van een palmet of griffioen. (vazen met pijl): aan weerszijden van de topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. en erop. DakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. in de toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht.. Deur onder impostvenster met met glas-in-loodraam met jugendstilpatronen. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... gedeeltelijk vervangen, op identieke wijze (vensterhout en gekleurd glas).
Woning van J.-B. Gabriels, eigenaar van de industriële blikslagerij die tegelijkertijd door dezelfde architect is gebouwd op het aanpalend perceel. De fabriek maakte meer bepaald blikken voor de koekjes- en chocoladefabriek Victoria. Ze werd meermaals vergroot maar in de jaren 1990 gesloopt en vervangen door de huidige woningen.
Natuurstenen gevel met talrijke elementen in hardsteen waaronder de sokkel.. Getoogde muuropeningen op de benedenverdieping, met rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft. op de eerste verdieping en onder I-balkIJzeren latei met I-profiel. en ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast. op de tweede. HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. in de eerste twee bouwlagen voorzien van gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. muuropeningen. Op de verdiepingen: balkons van afnemende grootte, met gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. KlokgevelGevel waarvan de top klokvormig is. met oculusvenster en bovenaan een indrukwekkend topsieraad in de vorm van een kapelletje met gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.; drie akroteriaVersieringsmotief, op de hoek - in mindere mate op de top - van het hoofdgestel; vaak in de vorm van een palmet of griffioen. (vazen met pijl): aan weerszijden van de topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. en erop. DakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. in de toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht.. Deur onder impostvenster met met glas-in-loodraam met jugendstilpatronen. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... gedeeltelijk vervangen, op identieke wijze (vensterhout en gekleurd glas).
Bronnen
Archieven
GAK/DS 15: 55 (1899); 17 (fabriek): 225-19 (1903), 502-15 (1907), 677-30 (1909), 3328-18 (1942), 3417-26 (1943), 3445-5 (1945), 4740-14 (1968).
Publicaties en studies
CULOT, M. (o.l.v.), Koekelberg. Inventaire visuel de l'architecture industrielle à Bruxelles, AMA, Brussel, 1980, fiche 14.
SUTTER, D., Koekelberg. Au fil du temps… Au cœur des rues…, Drukker, Parijs, 2012.