Typologie(ën)
herenhuis
postkantoor
postkantoor
Ontwerper(s)
Chrétien GOEVAERT – architect – 1844
E. BAUDART – architect – 1902
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Neoclassicisme
Inventaris(sen)
- Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente, of als bijzonder belangrijke ouderdom en zeldzame ontwikkeling voor een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; enz.), of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale boulevards of in de Leopoldswijk), of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur - met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (b.v. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte), of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (b.v. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, Congreskolom), of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken).
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 32052
Beschrijving
Herenhuis
in neoclassicistische stijl naar ontwerp van architect C. Goevaert, 1844.
Drie bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde gevel op begane grond belijnd door geprofileerde plint, schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. en puilijst. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., licht verdiept op benedenverdieping, met geriemde omlijsting op verdiepingen; bijkomende kordonvormende lekdrempel en voorheen balkon met voluutconsoles en balustradeHekwerk van spijlen of balusters. boven de poort op tweede bouwlaag, haast vierkante venstervorm op lage derde bouwlaag. Rondboogpoort met geprofileerd beloop en schamppalen. Vernieuwde kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). boven friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). en kordon. Bewaard houtwerk van ramen en poort met ijzeren waaierWaaiervormige roedeverdeling van een bovenlicht, in houtsnijwerk of in smeedijzer..
Ingericht als postkantoor en uitgebreid met rechter aanpalend dienstgebouw (architect E. Baudart, 1902, uitgevoerd in 1903), ter vervanging van van bijgebouwen uit de tweede helft van de 19e eeuw vanaf de oorspronkelijke tuinmuur. Constructie van één bouwlaag onder Polonceauspanten ; bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde lijstgevel met zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), muuropeningen met I-balkIJzeren latei met I-profiel..
Drie bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde gevel op begane grond belijnd door geprofileerde plint, schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. en puilijst. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., licht verdiept op benedenverdieping, met geriemde omlijsting op verdiepingen; bijkomende kordonvormende lekdrempel en voorheen balkon met voluutconsoles en balustradeHekwerk van spijlen of balusters. boven de poort op tweede bouwlaag, haast vierkante venstervorm op lage derde bouwlaag. Rondboogpoort met geprofileerd beloop en schamppalen. Vernieuwde kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). boven friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). en kordon. Bewaard houtwerk van ramen en poort met ijzeren waaierWaaiervormige roedeverdeling van een bovenlicht, in houtsnijwerk of in smeedijzer..
Ingericht als postkantoor en uitgebreid met rechter aanpalend dienstgebouw (architect E. Baudart, 1902, uitgevoerd in 1903), ter vervanging van van bijgebouwen uit de tweede helft van de 19e eeuw vanaf de oorspronkelijke tuinmuur. Constructie van één bouwlaag onder Polonceauspanten ; bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde lijstgevel met zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), muuropeningen met I-balkIJzeren latei met I-profiel..
Bronnen
Archieven
SAB/OW 25608 (1844), 25631 (1903).