Typologie(ën)

café/brasserie/taverne
theater/schouwburg
opbrengsthuis

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 32037
lees meer

Beschrijving

Gebouw in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl, 1885. Oorspronkelijk de zogenaamde Brasserie Flamande, complex met café, biljart- en feestzaal en tuin aan de Jules Van Praetstraat; huidige schouwburgzaal, aanvankelijk het zogenaamde Théâtre de la Bourse uit 1946, vanaf 1965 gekend als de Beursschouwburg.

Plastische gevelbehandeling, bepleisterdMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderd op zware hardstenen onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen).; twee bouwlagen + entresol en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Gevel gemarkeerd door gevelbreed balkon op gehouwen consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en met balustradeHekwerk van spijlen of balusters., pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met gegroefde schachtDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn.  en kapiteelKopstuk van een zuil, pijler of pilaster; algemeen om de gedragen last op een smaller draagvlak over te brengen., afgewerkt met opengewerkteOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. cassettenfries. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met medaillonsRonde of ovale cartouche. op gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd., uitgelengde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en aansluitend kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels.; erboven een hoge balustradeHekwerk van spijlen of balusters. met postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering. als schijnattiek. Begane grond verbouwd, oorspronkelijk pilasterordonnantie, doorlopend  in de entresol; grotendeels bewaarde, beglaasde ijzeren luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. op sierlijke consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief..

Op nr. 26-28, in oorsprong opbrengsthuis in eclectische stijl, 1886. Heden deel uitmakend van de Beursschouwburg.

Symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. van vier bouwlagen + entresol en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde gevel op hardstenen benedenverdieping. Beglaasde entresol. Op tweede bouwlaag, gevelbreed boogvenster waarin glas-in-lood (verdwenen), met geriemde omlijsting, voluutsleutel en loofwerkVersiering van beeld- en houtsnijwerk in de vorm van bladeren. en jaartal “ANNO 1886” in de zwikkenHoekstuk tussen een boog en de omlijsting waarin de boog gevat is.; breed balkon met balustradeHekwerk van spijlen of balusters.. Dito balkon met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de derde bouwlaag ; rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in geriemde omlijsting, centrale glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. onder
entablement. Kroonlijst op uitgelengde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. DakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Verbouwde pui.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 465 (1885); 26-28: 6545 (1886).