Typologie(ën)
herenhuis
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1875
Stijlen
Neoclassicisme
Inventaris(sen)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 31697
Beschrijving
Herenhuis van het
enkelhuistype, met neoclassicistische inslag, waarvoor bouwaanvraag van 1875.
Souterrain, drie bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde lijstgevel. Gebruik van hardsteen voor de geblokte benedenbouw, omlijstingen en kordons. Middenrisaliet van twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), gemarkeerd door schijnvoegen, balkons met balustradeHekwerk van spijlen of balusters. en gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. hek, en stafwerkfries tussen consoles. Rechthoekige beneden- en getoogde bovenvensters in geprofileerde omlijsting : in benedenbouw en risaliet met sluitsteen - leeuwenkop op de tweede verdieping in de zijtraveeën oplopend, met panelen en guirlandes. Dito rondboogpoort in de linkertravee. Klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.; dakkapel met frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. tussen œil-de-bœufs.
Souterrain, drie bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde lijstgevel. Gebruik van hardsteen voor de geblokte benedenbouw, omlijstingen en kordons. Middenrisaliet van twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), gemarkeerd door schijnvoegen, balkons met balustradeHekwerk van spijlen of balusters. en gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. hek, en stafwerkfries tussen consoles. Rechthoekige beneden- en getoogde bovenvensters in geprofileerde omlijsting : in benedenbouw en risaliet met sluitsteen - leeuwenkop op de tweede verdieping in de zijtraveeën oplopend, met panelen en guirlandes. Dito rondboogpoort in de linkertravee. Klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.; dakkapel met frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. tussen œil-de-bœufs.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 6045 (1875).
