Typologie(ën)
woning of opbrengsthuis (onbepaald)
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1690-1700
INCONNU - ONBEKEND – 1775-1815
Stijlen
Traditionele architectuur
Classicisme
Inventaris(sen)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 31380
Beschrijving
Op
hoek met Greepstraat. Diephuis, voorheen vermoedelijk met barokke topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. uit
eind 17e eeuw, tot huidige vorm aangepast eind 18e – begin 19e eeuw; drie bouwlagen en respectievelijk twee en
drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder afgesnuit zadeldakDak met twee hellende dakvlakken..
Bepleisterde en beschilderde gevel. Verdiepingen met behouden ordonnantie geritmeerd door kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., voorheen doorlopend over inmiddels meermaals verbouwde benedenverdieping; klassieke gevelbeëindiging door fries met bedekte steigergatenGat aan de bovenzijde van een gevel waarin de horizontale dwarsbalken van een steiger werden bevestigd; vaak afgedekt door smeedijzeren (sier)deksel. en gootlijst. Rechthoekige naar boven toe verkleinende vensters. Brede, laat-classicistische dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met orenUitstekend deel van sommige bouwelementen of -constructies, meestal louter decoratief. op consooltjes en waterlijst in voorgevel, kleinere met pseudo-frontonFronton waarvan de onderste zijde van het lijstwerk ontbreekt. in zijgevel.
Bepleisterde en beschilderde gevel. Verdiepingen met behouden ordonnantie geritmeerd door kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., voorheen doorlopend over inmiddels meermaals verbouwde benedenverdieping; klassieke gevelbeëindiging door fries met bedekte steigergatenGat aan de bovenzijde van een gevel waarin de horizontale dwarsbalken van een steiger werden bevestigd; vaak afgedekt door smeedijzeren (sier)deksel. en gootlijst. Rechthoekige naar boven toe verkleinende vensters. Brede, laat-classicistische dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met orenUitstekend deel van sommige bouwelementen of -constructies, meestal louter decoratief. op consooltjes en waterlijst in voorgevel, kleinere met pseudo-frontonFronton waarvan de onderste zijde van het lijstwerk ontbreekt. in zijgevel.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 11607, 20422.
Websites
BALat KIK-IRPA