Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Jules BARBIERarchitect1901

Statut juridique

Beschermd sinds 16 maart 1995

Stijlen

Neo-Vlaamse renaissance

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30159
lees meer

Beschrijving

Op hoek met Wolstraat, geheel van twee halfvrijstaande burgerwoningen in neo-Vlaamse renaissancestijl naar een ontwerp van architect Jules Barbier, 1901.

Respectievelijk dubbel- en enkelhuisopstand, met drie bouwlagen, respectievelijk zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder afgeschuind zadeldakDak met twee hellende dakvlakken., en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder gecombineerd zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.; laatstgenoemde met links een aanpalende uitbouw van één bouwlaag.
Bakstenen gevels met ruime verwerking van hardsteen, onder meer voor belijnende sokkel, speklagen en waterlijstenVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen.. Beide huizen voorzien van respectievelijk westelijke en zuidelijke tuitgevelPuntgevel bekroond met smalle rechthoekige hals; bij zeventiende eeuwse voorbeelden vaak steunend op schouderstukken. met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer., vazen en topstuk.

 Nr. 2. Hoekhuis geaccentueerd door ronde arkelVeelhoekig of rond uitkragend volume op de hoek van een gebouw en langs één of meer verdiepingen opgaand; vaak in de vorm van een torentje., uitkragend op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en pilasters, en geleed door waterlijstenVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen., met blindeZonder opening; blind venster, schijnopening. achtzijdige topgeleding en dubbele peerspits: vijflichten met pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met wortelmotief(Renaissance)ornament in de vorm van een afhangende, halve kegel of een rechtstaande wortel. in eerste twee, kloosterkozijnen en rechthoekige venstertjes in derde en vierde geleding. Rondboogdeur onder bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening., in met getuit dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. verhoogde centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van zuidgevel.

Grotehertstraat 4 (foto 2015).

Nr. 4. Enkelhuis met balkon met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in rechter traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van bel-etage, deur onder
entablement met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer., opschrift “anno 1902” en gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. in als trapzaal uitgewerkte en verspringende linker traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...); smeedijzeren uithangbord in de vorm van een schip. Voorts venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met tweeledig bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden., op de hoofdverdieping met doorlopende  balustradeHekwerk van spijlen of balusters..

Bronnen

Archieven
SAB/OW 1369 (1901).